José is kinder- en jongerencoach vanuit haar coachpraktijk in Bennebroek. Daarnaast werkt ze als docent en mentor bij een Opleidingsinstituut voor kindercoaches. In haar maandelijkse blog voor WENDY vertelt ze over haar werk. Vandaag gaat het over rode en groene gedachtes...
Stel je voor ....
Je kind heeft een spreekbeurt en denkt: help, als ik zo voor de klas sta, ben ik vast alles vergeten. Deze gedachte kan er voor zorgen dat je kind zich onzeker, verlegen of onhandig gaat voelen. Met mogelijk als gevolg dat het gaat stamelen, een rood hoofd krijgt of een deel van zijn tekst vergeet...
Het kan ook anders
Je kind heeft een spreekbeurt en denkt: ik heb het goed voorbereid, het is een leuk onderwerp, en als ik het even niet meer weet, spiek ik op m’n blaadje, dat geeft helemaal niet. Deze gedachte zal er voor zorgen dat je kind meer zelf vertrouwen heeft en zich rustiger en krachtiger voelt. Met als gevolg dat die spreekbeurt gewoon goed gaat!
Het verschil zit ‘m in de gedachte: de eerste gedachte noemen we een rode gedachte, een niet helpende gedachte. De tweede noemen we een groene, helpende gedachte.
Die spreekbeurt komt er, daar veranderen we niets aan, oftewel: de gebeurtenis staat vast. We hebben wel invloed op de gedachte over deze gebeurtenis.
Met een rode gedachte beïnvloeden we ons gevoel ook rood en daarmee ons gedrag. Terwijl, als we een groene gedachte hebben, je zult merken dat je gevoel groen(er) wordt en je daardoor ook groen gedrag laat zien.
De volgorde van de 4 G’s:
Er is een Gebeurtenis,
daarover heb je een Gedachte,
die gedachte geeft je een bepaald Gevoel,
en dat gevoel heeft invloed op je Gedrag.
Rode of groene gedachtes
Net als je kind, heb ook jij invloed op je gedachten! Stel je in plaats van de spreekbeurt maar een sollicitatiegesprek voor.
Of een etentje met de hele familie bij jou thuis waar je tegen op ziet, omdat je de neiging hebt daarvoor je lat hoog te leggen.
Kies je voor ROOD?
Gebeurtenis: vanavond diner met de hele familie.
Gedachte: help, ik moet nog zoveel doen, bijzonder koken, huis opruimen, kinderen leuk aankleden, tijdens de avond m’n aandacht verdelen.
Gevoel: gejaagd, gestresst, kribbig
Gedrag: mopperen, je zelf voorbijlopen om alles net op tijd voor elkaar te krijgen, halverwege de avond moe (of in ieder geval de volgende dag)
Het kan ook anders, namelijk GROEN:
Gebeurtenis: vanavond diner met de hele familie.
Gedachte: het gaat erom dat iedereen bij elkaar is, ik doe gewoon m’n best om iets lekkers te maken, ik ga me niet druk maken over het perfecte plaatje, ik kan op een avond nu eenmaal niet iedereen evenveel aandacht geven.
Gevoel: rustig(er), verwachtingsvol
Gedrag: met plezier koken, aandacht voor de kinderen, genietend van de avond
Geloof wat je denkt
Of je nou aan de vooravond staat van een diner, verjaardag, een drukke werkweek of een sollicitatiegesprek, je gedachten daarover kunnen je helpen of juist niet. Wat helemaal niet hoeft te betekenen dat je alles rooskleurig gaat zien, je moet wel geloven wat je denkt. En gezonde spanning of enige tegenzin mogen er ook gewoon zijn.
Maar een positieve wending geven aan een soort automatische (negatieve) gedachtegang bij drukke, spannende of onzekere gebeurtenissen, dat kan echt!
Groen denken met je kind.
Het is de moeite waard om er eens met je kind voor te gaan zitten bij een voor hem belangrijke of spannende gebeurtenis. In mijn coachpraktijk pak ik er letterlijk een rood en een groen vel bij, en schrijven we eerst de rode stappen en daarna de groene stappen samen uit (zoals in de voorbeelden hierboven).
Zodat een kind daarna groen, met meer vertrouwen en meer zin de gebeurtenis tegemoet gaat.
In heel wat gezinnen waarvan ik een kind heb begeleid, is niet voor niets een gevleugelde uitspraak geworden (van ouder naar kind, en ook van kind naar ouder): hé, GROEN denken!
Lees hier hoe kinderen gelukkiger worden.