De dood van haar man Marc de Hond leerde Remona dat mensen en zeker kinderen zo veel meer aankunnen dan je vooraf kunt bedenken. Het verlies blijft pijn doen, maar er zijn ook momenten dat Marc niet in haar hoofd is. En naast het verdriet is er ook ruimte om te lachen, leuke dingen te doen en vooruit te kijken.
Vanmorgen bracht ik Livia in de klas. Ze liet me een werkje op haar tafel zien waar ze mee bezig was. Haar plekje in de klas is bij het raam naast een vensterbank en ik zag dat de foto van Marc daar nog steeds ligt. Ik vond het heerlijk om hem daar zo te zien liggen. Toch vroeg ik aan haar of ze het nog wel wil. Of ze het fijn vindt of even niet nodig heeft. ‘Soms vergeet ik papa weleens,’ zei ze. ‘En dan opeens denk ik: huh, is papa dood?’ Prachtig en eerlijk verwoord. Want ik herken dit. Ik zei tegen haar dat ik ook niet de hele tijd aan papa denk. Dat we ook andere dingen doen, waardoor we er niet altijd bij stilstaan. Want dat hoeft ook helemaal niet. Op het moment dat we beseffen dat papa echt dood is doet dat altijd weer een beetje pijn, maar die pijn voelen we omdat we van papa houden.
Lotgenoten
Twee jaar geleden – driekwart jaar na de dood van Marc – werd Livia 4 jaar en mocht ze eindelijk naar de basisschool. Ze keek er enorm naar uit en was er ook echt klaar voor. Stralend stond ze voor het gebouw met haar nieuwe rugzak op haar rug. Door de coronamaatregelen mocht ik niet mee naar binnen, maar dat maakte haar niks uit. Ze liep met ferme pas naar binnen en keek niet eens meer achterom. Een paar weken later kwam er een nieuw jongetje in de klas. Ze trokken naar elkaar toe. Thuis vertelde ze enthousiast over hem. Na een paar schooldagen hoorde ik dat de moeder van het jongetje vorig jaar is overleden. Plotseling. Dus geen afscheid, geen speciale, tastbare herinneringen en geen hoopvolle gesprekken voor de toekomst als herinnering. Het raakte me enorm. Ik was er stil van. Twee 4-jarige kleuters in de klas die een jaar daarvoor vrijwel tegelijkertijd een ouder verloren.
Vooruitkijken
De volgende dag zag ik de vader met z’n twee kinderen op het schoolplein. We kenden elkaar nog niet, maar ik voelde verdriet voor hen en medeleven. Ik was weer van slag en dacht aan onze situatie: is dit wat mensen ook bij ons voelen als ze ons voor het eerst zien? Waarschijnlijk wel. Het zette me aan het denken. Wat ik voor dit gezin voelde, voel ik niet voor mezelf. Ik heb geen medelijden met mezelf. Ik zit midden in mijn eigen situatie en we maken er op onze manier alsnog iets van. Mét verdriet weliswaar, maar dat kunnen wij. Dat is wat ik de kinderen meteen heb geleerd: het verdriet om papa is normaal en je voelt het omdat je van papa houdt. Maar naast dat verdriet kunnen we lachen, leuke dingen doen en vooruitkijken.
Als ik de vader ontmoet, zie ik een sterke man die hun grote verlies ook onderdeel laat zijn van hun leven. En het verdriet er laat zijn, maar ook verdergaat en het beste wil voor zijn kinderen. Het inspireert me en sterkt me. Ik ben niet de enige. Hoe verdrietig het ook is, het voelt goed dat Livia bevriend is met een lotgenootje; ze weten dat ze niet de enigen zijn. Ook zij voelen zich door elkaar gesterkt. Het doet me ook weer realiseren dat volwassenen, en kinderen al helemaal, zo veel meer aankunnen dan we van tevoren denken.
Innerlijke kracht
Als alles onder je voeten vandaan wordt getrokken, of het kaartenhuis dat zorgvuldig is opgebouwd opeens instort, begin je weer van voor af aan. Het voelt oneerlijk. Je bent boos, gefrustreerd, je zit met je handen in het haar. Toch kun je veel meer aan dan je van tevoren kunt bedenken. Pas als je in de (verschrikkelijke) situatie zit, voel je die innerlijke kracht en weet je precies wat je moet doen voor jezelf en je geliefde.
Over Remona
Remona de Hond-Fransen verloor in 2020 haar man Marc de Hond. In haar columns in WENDY en op wendyonline.nl vertelt ze over hoe ze verder gaat met haar kinderen Livia (5) en James (4). Remona schreef ook een boek over haar leven zonder Marc: Laat je tranen vloeien tot een vijver.