fbpx

Binnenkijken bij Micky Hoogendijk

Het was vier jaar geleden toen kunstenares Micky Hoogendijk exposeerde in het Brabantse Eersel. Weldadig wentelde ze zich de avond ervoor in het nabije dorpje Hoogeloon in een plots geluk. Met haar blote voeten in het gras liet ze zich omhullen door de schoonheid in de natuurspa waar ze ging overnachten. ‘Een verpletterende stilte, op de zingende vogeltjes na. Ik at de ochtend daarop kaas van de boer op zelfgebakken brood. Wat ik toen voelde was niks anders dan innerlijke rust.’

Het huis met de duizend verhalen

Ze was in haar leven al 24 keer verhuisd en over dat leven kan ze een boek schrijven, iets wat ze daadwerkelijk aan het doen is. Reuring, hectiek, plotse wendingen, bizarre gebeurtenissen in een adembenemend tempo, het kleefde allemaal aan haar, maar in Hoogeloon, daar gebeurde niets en daardoor iets. ‘Aan de overkant zag ik een veehouderschuur uit 1925. Ik liet me vertellen dat een architect, die even verderop aan de landweg woonde, de eigenaar was en daar enorm aan het verbouwen was. En dat de schuur te huur was voor een bedrag waar je in Los Angeles, waar ik destijds woonde, nog geen kippenhok voor zou krijgen. Ik zag het meteen: die ruimte, de schoonheid, het potentieel. Hier zou ik kunnen werken en wonen tegelijk. Het was natuurlijk een idiote ingeving, ik kwam uit Amerika, kende helemaal niemand in Brabant, maar in deze straat, dat voelde ik, daar zat iets goeds. Rust en stilte was wat ik in deze fase van het leven wilde. Zoals katten hun baasjes vinden, zo vond ik dit huis. Hier moest ik op af.’

De architect in kwestie wist niet wat hij zag. Daar kwam een blonde L.A.-vrouw (Micky’s eigen woorden) met in haar kielzog een opgewonden gezelschap op zijn schuur afgelopen, de dame zelf op blote voeten, zo door het gras, en het enige wat die vrouw zei was: ‘Ik kom hier wonen.’ De architect zette grote ogen op, maar soms gaan de dingen in het leven wonderlijk simpel. Micky lacht. ‘En nu woon ik hier alweer vier jaar. Langer dan ik ooit ergens heb gewoond.’

Ingekleurd

Om nou te zeggen dat het droomhuis haar onmiddellijk omhulde: nee. ‘Ik vond het eerst heftig. Het was zo kaal, er was niks. Ik moest het hier helemaal leuk maken. Het werd coronatijd, om vier uur ’s middags werd het al donker, ik dacht: wat ga ik hier in vredesnaam doen? Ik was met een plaat voor mijn kop puur op gevoel in een huis gestapt, maar het was allemaal als een zwart-witfoto. Alles moest nog ingekleurd.’

Achter het huis lag een walhalla aan ruimte, maar een tuin was het nog niet te noemen. ‘Toch wilde ik het absoluut niet aangeharkt hebben. Ik ben naar tuinarchitect Piet Oudolf gegaan: hoe flikt hij dat? Al die verschillende bloemen door elkaar, ogenschijnlijk een wild oerwoud en toch een eenheid, ik word daar heel blij van. Als je ziet wat er allemaal bloeit. Iedere dag popt er wel weer iets anders open.’

Dat is Micky ten voeten uit. Esthetisch: absoluut. Schoonheid: overal. Maar ook rauw en ruig, de imperfectie die er zijn mag. ‘Dat vind ik ook zo fijn aan dit huis. Het is nergens af of helemaal perfect. De niet-afgewerkte muur: ik vind dat mooi. Als je naar mijn keuken kijkt: daar wordt geleefd en alles wat ik nodig heb, staat er. Maar het is natuurlijk wel een janboel. Ik vind het belangrijker dat de keuken en de eettafel één geheel zijn, dat je tegelijk kunt koken en samenzijn. De schoonheid zit in het pure en dat het helemaal ingericht is op avonden met mijn ‘twelve imaginary friends’ die hier kunnen landen om te eten en adem te halen. Er zijn al heel wat gelukzalige bijeenkomsten geweest.’

Alles heeft een verhaal

In het huis zit louter liefde, vooral in de details. ‘Overal staan en hangen dingetjes die te maken hebben met familie, vrienden, werk. Er is heel weinig nieuw, er is heel veel geschiedenis; alles heeft een verhaal. Er staat een pot die gemaakt is door de tweede vrouw van mijn stiefvader. De stoel waarin ik graag zit is nog van opa geweest en is voor mij dus helemaal opa. De kandelaars, het familiezilver en het Titus Leeser-beeldje van mijn moeder sjouw ik overal mee naartoe en hebben ook hier weer hun plek gevonden. Buiten staan de drie perenbomen symbool voor mijn mama en twee kindjes die allemaal overleden zijn. Ik heb ze op Hemelvaart geplant om de drie belangrijkste mensen uit mijn leven toch maar verbonden te laten zijn. Zie ze nu staan, echt een drie-eenheid. Mijn moeder zou het geweldig hebben gevonden, ze wordt omgeven door de blauwe bloemen waar ze zo van hield in een verwilderde tuin, echt iets voor haar. De perenbomen vormen bij tijd en wijle een decor met een ballet aan zwaluwen. En twee duiven, die altijd terugkomen. Mijn moeder zag altijd een duif in mijn overleden stiefvader. Dat heb ik van haar overgenomen. Dus dan denk ik wel eens: daar zijn ze.’

Ze knikt. Dit is het huis van de duizend verhalen, geschiedenissen die in iedere hoek en op elk plekje opduiken, vaak in iets kleins. Daar schuilen ze, de details, samen vormen ze haar unieke leven. In een prachtig kaartje simpelweg, met een ontroerend persoonlijk tekstje van dichteres en vriendin Maria ter Haar. ‘Dan loop ik erlangs en zie haar. En voel ik me prettig.’

Micky Hoogendijk

Het spel van het licht

Buiten ruikt het naar boerenland en verstoren enkel de schorre haan of een hinnikend paard de stilte. Binnen is het – met de grijze gietvloer, de zwarte kozijnen en de witte wanden – bedrieglijk sober, want als de zon door de puien of de vele oude boerderijraampjes dendert, danst het licht alle kanten op. ‘Dan gebeurt er heel veel. Tijdens een bezoek aan de Last Resort Gallery in Kopenhagen zag ik een lichtinstallatie van Mandalaki Studio. Een geel-oranje zon die je groot of klein op de muur projecteert. Die schijnt nu naast de bank op de muur. Hij staat altijd aan. Met de berenklauw in betonnen voetjes op de vloer ervoor geeft het een prachtig schaduwspel. Het spel van de lichtbundels is een cadeautje dat ik iedere dag krijg. Daarom is dit ook een ideale plek om te werken, de galerieruimte is een gift van God. De lichtinval daar is zo fijn. En ’s avonds zit ik graag op mijn bank met uitzicht op de tuin. Dan overzie ik alles; de zonsopgang- en ondergang zijn hier onovertroffen.’

Het spel van het licht doet het ook goed voor de vele kunststukken die het huis bewonen en haar als oude vrienden omhullen. ‘Stukken van mijn ex Rob Scholte, Erwin Olaf, Henk Visch, Marc Lagrange. Die laatste heeft een naaktportret van mij gemaakt en dat hangt boven mijn bed.’

De dichterlijke piano

Foeilelijk had ze hem gevonden, de Samick-vleugel; wit en vies als het ding was. Toch kocht ze in hem lockdown-tijd om wat muziek in het leven te brengen en ze zette hem pontificaal neer in de woonkamer. ‘Ik kocht stickertjes voor de toetsen om mezelf piano te leren spelen en heb de hele piano beplakt met gedichten. Die teksten die in lettertype Courier zijn afgedrukt, zijn allemaal van mijn beste vriendin Maddy Stolk. Ze kreeg een hersenbloeding, was bijna dood, maar daarna heeft ze de mooiste gedichten geschreven. Die heb ik samengevoegd en neergelegd in allerlei vormen en kleuren op de piano, een laklaag eroverheen en nu is dat lelijke ding hartstikke leuk en is het een fijn idee dat niemand anders zo’n piano heeft.’

Als ze zingt – en zingen kan ze prachtig – zingt ze een eigen tekst, geïnspireerd op een gedicht van Maddy, en begeleidt zichzelf op de vleugel, terwijl een piepklein beeldje als vast publiek fungeert. Ze schiet in de lach als ze wijst op de man en vrouw die op een wel heel kunstige manier de liefde bedrijven: ‘Deze houding kende ik ook nog niet. Ik heb het gekregen van de eigenaren van het Amsterdamse restaurant Toscanini en het heeft hoe dan ook humor.’

 

Al het naakt in het huis verbeeldt verder vooral kracht, kwetsbaarheid en – wederom – vele verhalen en een filosofie. ‘Er hangen hier twee grote werken van mij, twee naakte, kwetsbare vrouwen zonder dat ze expliciet naakt zijn afgebeeld. Na de MeToo-periode dacht ik aan Aristoteles die ons leerde dat we allemaal worden geboren als onbeschreven blad, Tabula rasa. Daarna leren we onszelf dingen aan en leggen onszelf beperkingen op omdat we onszelf dingen doen geloven waar we ons wel of niet voor moeten schamen. Fear the mind not the body, dacht ik toen. Waarna ik alle seksuele content uit mijn naakten heb gehaald en mensen ineengesmolten samen laat staan, alle geloven, geaardheden, rassen, leeftijden door elkaar. Allemaal naakt in hun kwetsbaarheid en op zoek naar hun vrijheid. Allemaal onbeschreven bladeren.’

Micky Hoogendijk

Vrouw van de ochtend

Schoenen draagt ze liever niet, Micky Hoogendijk fladdert in haar gracieuze gewaden het liefst blootsvoets door de ruimtes. Ook als ze in het atelier aan het beeldhouwen, fotograferen of schilderen is. Sierlijk, trots en sterk doet ze dan haar ding, al is ze de laatste om zichzelf zo complimenteus te omschrijven. Maar haar kunstwerken, zoals The Ones, haar in brons gegoten sculptures, zijn schitterend en duiken overal op, ze toveren het huis om in een wereld vol beweging, betekenis en schoonheid.

Ze werkt hard en veel, het liefst in de ochtenden. ‘Dan ben ik op mijn best. Het meest fris, het meest blij. Ik word wakker en sta aan, het is onmiddellijk van ‘joehoe’. Ik krijg het moeilijk als het donker wordt.’

Maar als het licht weer verschijnt en de schorre haan de wereld wakker schreeuwt, springt Micky uit de veren. ‘Om online yoga te doen, klokslag zeven. Heerlijk in de woonkamer of buiten. En dan rommelen. Bloemen schikken, bos in, ontbijtje maken, krantje. Geen haast. Als ik dan mijn werkruimte induik is het nog altijd vroeg.’

De kaas van de boer en het brood van de molenbakker, die heeft ze erin gehouden. ‘La dolce vita is hier; alle mensen zijn zo trots op wat ze doen en overal hebben ze volop aandacht voor je. Hier is nooit haast. Het vlees verkoopt de slager met een goed verhaal, zo gedreven dat je denkt: hebben we het hier nog wel over een lapje vlees? Alles wordt met liefde gedaan. En dan haal ik soms al die liefde in huis en komen mijn vrienden voor een heerlijke avond. Grote groepen, lange tafels, dat vind ik het leukst. Ieder zijn rol, iedereen blij. Dan delen we. Genieten we van alles wat het land ons biedt. Het mooie is dat ik zó ver weg woon van alles en iedereen dat áls de mensen komen, ik zeker weet dat ze ook echt interesse in mij of mijn werk hebben.’

En toch, het afscheid wenkt

Ze zegt: ‘Ik houd zo van schoonheid. Toen ik in Austin, Texas, woonde en leefde in luxe, stonden mijn schouders krom omdat ik zo veel lelijkheid om me heen had. Nee, dan hier.’

En toch. Jaren zal ze hier niet meer zijn. ‘Aan het huis ben ik gehecht, van de mensen in de straat ben ik gaan houden, maar in Brabant mis ik water. Het zit overal in mijn werk, ik hou zo van water. Dat trekt soms zo aan mij, dat ik mijn toekomst toch elders zie. Een huis aan de Vecht, zoiets lijkt mij geweldig. Daar zeil ik over een paar jaar weg, zo de plassen op. Maar goed, dat is als ik later groot ben. Nu tel ik mijn zegeningen, nu ben ik nog heel gelukkig hier.’

Dit verhaal van Micky komt uit de herfstspecial van Wendy. Benieuwd naar meer verhalen uit de herfstspecial? Klik dan hier om de special te bestellen.



WENDY Zomer special

Zomer op een eiland!


Een special vol eilandliefde en eilandinspiratie.


 

LAAT JE INSPIREREN DOOR ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF