Hij was gymleraar, maar gaf alles op om zijn televisiedroom waar te maken. Durf te leven, zegt Jan Versteegh dan ook in zijn nieuwe boek Gelukkig worden doe je zo. Aan de hand van de klassiekers van Ramses Shaffy deelt hij zijn lessen in geluk.
Zing
‘Mijn dochtertje van één houdt van dansen; we swingen vaak samen. Ze is net zo aritmisch als haar vader, maar dat maakt ons plezier niet minder. Als kind huppel en zing je voortdurend, waarom stoppen mensen daar later mee? Ik loop graag hard, maar doordat ik een zwakke knie heb, houd ik het niet altijd lang vol. Dan ga ik huppelen; ook heel effectief. Ik wil graag zingend en huppelend door het leven blijven gaan.’
Vecht
‘Niet met andere mensen, maar wel om je droom te verwezenlijken. Dat is ook de belangrijkste boodschap van mijn boek: jaag je dromen na en doe wat je het allerliefste wilt, het leven kan zo afgelopen zijn. Veel mensen zeggen: “Ik wil iets anders, maar het kan niet.” De hypotheek moet betaald, ze hebben kinderen. Maar als je écht wilt, moet je je niet laten tegenhouden. Ik was gymleraar, maar voelde me ongelukkig. Al op mijn vijftiende wilde ik televisiemaker worden. Ik werd echt een zeur, mijn vrienden werden gek van mijn geklaag. Uiteindelijk trok ik de stoute schoenen aan en schreef een brief naar omroep PowNed. Ik mocht een maand komen proefdraaien. “Je bent gek,” zeiden mensen toen ik daarvoor mijn vaste baan vaarwel zei. Maar wat was het ergste dat me kon gebeuren? Dat het mislukte en ik weer gymleraar moest worden. Als je springt, kun je vallen, maar je kunt ook gaan vliegen. Doordat ik durfde te vechten, doe ik nu al zeven jaar het werk dat ik het allerliefste doe en het allerleukste vind.’
[green_note title="Jan Versteegh (1985)" text=" is van oorsprong gymleraar, maar begon in 2012 als verslaggever bij PowNews. Daarna stapte hij over naar BNN, waar hij onder meerSpuiten en Slikken en 3 op Reis presenteerde. Sinds begin dit jaar is hij presentator bij Talpa Network (6 Inside, Mars tegen Venus en De Gordon tegen Dino Show). In maart verscheen zijn boek Gelukkig worden doe je zo (Prometheus, € 19,99)." ]
Huil
‘Ik ben een ontzettende jankerd. De kerstspecial van All You Need Is Love, Hello Goodbye, dan komen de tranen altijd. Ik vind huilen lekker, het lucht op. Vader worden heeft sowieso een zachte spons van me gemaakt. Alsof emoties meer binnenkomen, je de kwetsbaarheid van het leven beter voelt. Ik schaam me niet voor mijn tranen, vind het onzin om te zeggen dat echte kerels niet huilen.’
Bid
‘God en ik hebben afgesproken elkaar met rust te laten en sindsdien heb ik nooit iets van hem gehoord. Ik ben katholiek geboren en heb een doopnaam, maar meer dan kerst vieren deden we thuis niet aan het geloof. Ik zie mezelf als een goudvis. Als die doodgaat, wordt ie door de plee gespoeld, ik word verbrand of verdwijn in een kist onder de grond. Daarna is er niks meer. Juist daarom moet je het leven ten volle leven.’
Lach
‘Ik lach veel en hard. Daar heb ik ook alle reden toe: ik doe het leukste werk van de wereld, heb een mooie vrouw, twee kindjes, heb net een boek geschreven. Ik heb niets om somber over te zijn.’
Werk
‘Ik ben voor mijn gevoel nog maar pas begonnen met televisie en hoop dat ik mag groeien in mijn werk, het nog lang kan doen en steeds grotere programma’s mag maken. Hoe Wendy dat doet, die al zo lang op televisie is en met een programma als The Voice het hoogste podium heeft, is natuurlijk het summum. Maar als het morgen zou stoppen, heb ik zeven jaar mijn droom volledig geleefd, dat is ook al heel prachtig.’
Bewonder
‘Ik bewonder niet zozeer mensen, maar eerder het hele leven. Bij bewonder denk ik aan mijn gezin, hoe bijzonder het is dat we elkaar zo lief vinden. The glory of it all. Als ik in mijn autospiegel kijk en mijn dochter tevreden naar buiten zie kijken, kan ik heel gelukkig zijn. Ik geef mijn vrouw ook altijd een kus als ik wegga, je moet nooit met ruzie uit elkaar gaan; het kan zomaar de laatste kus zijn. De mensen die ik voor mijn boek interviewde, hebben allemaal grote dingen ondernomen om hun geluk te vinden, maar geluk zit ook juist in kleine dingen. Als ik dolgraag zou willen reizen, zou ik dat ook met mijn gezin doen – de Bitcoinfamilie die ik interviewde voor mijn boek doet dat ook. Maar ik hoef nu niet zoals Floortje naar het einde van de wereld en een week op een boot te zitten. We hebben voor kinderen gekozen en dat ervaar ik niet als een beperking.’