fbpx

Rudy over opgroeien als zwarte vrouw in Nederland: ‘Black Lives Matter heeft mij hoop gegeven’

Deze maand delen we elke woensdag een verhaal van een vrouw die in 2020 te maken kreeg met het nieuws. Deze keer vertelt Rudy Asibey (30) haar verhaal. Ze groeide op als donker meisje in een wit dorp en kreeg veelvuldig te maken met racisme. Ze schreef er een boek over: Ik hoop. Black Lives Matter en de demonstratie op de Dam maakten dit jaar grote indruk op haar en het is haar hoop dat racisme en vooroordelen voor altijd verdwijnen. 

‘Er kwam een klasgenootje naar me toe. Hij wreef over mijn arm. “Iel, het gaat er niet van af. Gaat het er wel af als je doucht? Je lijkt vies”, zei hij. Ik was in shock. Het ergste was nog wel dat ik degene was die straf kreeg. Ik had gezegd dat hij zelf vies was. Dat was bizar. Dat jongetje heeft mij acht jaar lang lopen treiteren. Als hij toen zijn les had geleerd, weet ik zeker dat het anders was gegaan. Zo creëer je vooroordelen. Hij dacht dat wat hij zei oké was.’

Anders dan anderen

‘Ik ben deels in Amsterdam opgegroeid en deels in Zwanenburg, een dorpje vlakbij Amsterdam. Mijn moeder wilde dichterbij Schiphol wonen vanwege haar baan, dus verhuisden we op mijn vierde van de Bijlmer naar Zwanenburg. Voor het eerst besefte ik me dat ik een andere huidskleur had. Altijd wist ik dat ik Ghanees was, maar het was mij nooit opgevallen dat ik een andere huidskleur had. Ik was opgegroeid in de multiculturele Bijlmer en was niet anders gewend. Opeens was ik anders. Het was moeilijk om mijn identiteit te vinden. Ik at met mijn handen en nam geen boterham met hagelslag mee naar school. Ghanees was mijn identiteit, maar toen ik naar Zwanenburg verhuisde werd mijn identiteit me ontnomen. Zwanenburg bleek een racistisch dorpje te zijn. Ik werd uitgescholden met het n-woord en zelfs bekogeld met bakstenen.’

Escalatie

‘Niemand vertelde ik de dingen die met mij gebeurde in Zwanenburg. Ook mijn moeder niet. Ik vertelde pas iets als ik brak. Ze wist wel dat ik daar weg wilde, dat heb ik haar vaak genoeg verteld, maar ze wist niet de exacte reden. Pas nadat ik werd aangevallen, had ze het door. Ook toen heb ik tegen haar gezegd dat het goed kwam.

Inmiddels woonde ik een aantal jaar in Zwanenburg. Er waren een aantal regels waar je je als persoon van kleur aan moest houden. Als kind wil je de grens opzoeken. Wij gingen dus gewoon naar de kermis, wat in hun ogen eigenlijk niet mocht. Dan werden we met stenen bekogeld en de kermis uitgejaagd. Er kwam een dag dat ik met mijn vrienden uit Hoofddorp naar diezelfde kermis ging. Zij werden ook de kermis uitgegooid, omdat ze van kleur waren. Eén van hen pikte dat niet. Die kinderen uit Zwanenburg wisten dat dat een vriendin van mij was. Ze dachten: dan pakken we Rudy. Het is haar schuld dat er nu een jongen achter ons aan komt.

Vervolgens stapte ik de bus in op weg naar huis. Er was een heel plan, waar ik niet bewust van was. Een vriendin waarschuwde mij dat ik zo snel mogelijk naar huis moest gaan. Volgens mij was ik dertien. Ik was in paniek. Vanuit alle hoeken kwamen er mensen op mij af. Zo’n 15 tot 20 mensen sloegen op mij in. Veel kan ik mij daar niet van herinneren. Bij de politie heb ik aangifte gedaan. Daar werd niks mee gedaan. De volgende dag stapte ik gewoon weer de bus in. Ik denk dat ze geschrokken waren. Voordat wij daar kwamen wonen zijn er andere buitenlandse gezinnen vanwege racisme ontsnapt uit het dorp. Ik denk dat ze hadden verwacht dat wij ook zouden vertrekken. Ik hoorde nog steeds het n-woord, maar het is nooit meer zo geëscaleerd als toen.’

Pijn

‘Waar kom je vandaan? Die vraag hoor ik bijna elke dag. Ik kom uit Amsterdam. Ik kom uit Nederland. Mensen willen dat niet horen. Ik ben Ghanees, maar ik kom niet uit Ghana. Ik word moe van die vraag. Het is een micro agressie. Het is geen direct racisme, maar zo’n vraag kan veel met je doen. Bijna 30 jaar lang krijg ik die vraag al. Het is alsof een naald steeds op hetzelfde stukje huid wordt gedrukt. De plek doet op een gegeven moment pijn.

Ondertussen beantwoord ik de vraag ook niet meer of ik vraag wat ze nou echt willen weten. Maar dan beland ik in eindeloze discussies. Daar ben ik ook mee gestopt. Ik ga het gesprek aan met mensen die willen leren en die echt luisteren. Niet met mensen die al duidelijk een bepaalde mening hebben en alleen maar bevestiging zoeken. Ik ga niet in discussie of racisme bestaat. Het bestaat, punt.’

Onbewust racisme

‘Onbewust heb je vooroordelen, die ervoor kunnen zorgen dat je racistisch bent. Zodra je ervan bewust bent kan je het veranderen. Waarom schrik je als er een persoon van kleur langsloopt? Dat is voor mij enorm irritant. In je brein zijn er bepaalde associaties.

Als ik met een hoodie aan door de supermarkt loop, word ik achtervolgd, omdat mensen denken dat ik iets ga stelen. Dat moeten we veranderen. Het moet niet alleen gaan om mensen die neergeschoten worden of in elkaar worden geslagen. In Zwanenburg was het meer in mijn gezicht. Het n-woord werd naar mij geroepen, ik werd in elkaar geslagen door een groep mensen en er zijn zelfs bakstenen tegen mij aangegooid. Alles wat je maar kan bedenken – waarvan men denkt dat het alleen in Amerika gebeurt – is met mij gebeurd. Op deze leeftijd maak ik het meer onbewust mee. “Waar kom je nou echt vandaan?” “Je bent echt mooi voor een zwarte vrouw.” “Wat zie je er Afrikaans uit vandaag.” “Wat ben je lekker bruin.” Dat soort dingen.’

Verwerking

‘Op een gegeven moment voel je het niet meer, maar je slaat het wel allemaal op. Na George Floyd merkte ik dat de emmer was overgelopen. Ik was er klaar mee. Het was genoeg. Dan breek je als persoon. Als kind dacht ik dat ik ermee moest dealen. In mijn ogen moest ik de perfecte allochtoon worden. Ik had een bewijsdrang naar alle mensen om mij heen. Dat doe ik allang niet meer. Het is mijn energie niet waard. Ik schrijf van me af wat ik denk en hoe ik mij voel. Als ik er energie voor heb zeg ik het ook tegen die persoon.’

Ik hoop

‘Mijn boek heet Ik hoop. Ik heb altijd de droom gehad om een boek te schrijven. Toch had ik nooit verwacht dat die droom nu al uit zou komen. Toen George Floyd werd vermoord had ik kritiek op hoe de Nederlandse media het opvatten. Ik had het gevoel dat de media bijna deden alsof racisme in Nederland niet bestond. Ik schreef een artikel over racisme in Nederland en voordat ik het wist ontplofte het artikel. Daarna is alles heel snel gegaan. Binnen een maand tijd lag het plan op tafel en ben ik begonnen met schrijven. De demonstratie op de Dam was toen nog niet gebeurd.

Ik kon er heel veel actuele dingen in meenemen en tegelijkertijd mijn emoties in vastleggen. Ik wist dat de demonstatie op 1 juni het einde van mijn boek werd. Dat moment gaf mij hoop. In het boek gaan mensen door heel veel emoties heen die ik ook heb gevoeld. Verdriet, blijdschap en woede. Maar ook hoop. Als ik kijk naar de dingen die nu zijn gedaan na George Floyd. Betekent dat dat we binnen een paar jaar een antiracistische samenleving zijn? Nee, maar we komen wel in de buurt. Er zijn stappen gemaakt.’

Kracht

‘De Black Lives Matter demonstatie gaf mij hoop. Ik wilde dat ik toen ik 12/13 jaar was naar de tv had kunnen kijken, om net zoveel mensen op de Dam te zien strijden. Mensen die buiten de zogenaamde norm vallen gaan nu zien dat er mensen met hen zijn. Ik denk dat je daar als kind heel veel kracht uit kan halen. Zeker als je buiten de Randstad woont, mijn huidskleur hebt en opgroeit in een witte omgeving. Als je dat als kind ziet of zelfs als volwassene, krijg je tranen in je ogen. Er is hoop dat we samen voor een betere samenleving kunnen strijden. Zelf was ik ook op de dam op die dag. Het gaf mij kippenvel, als ik om mij heen keek.’

Trots

‘Verandering begint bij jezelf. Het negeren maakt het probleem alleen maar erger. Het enige wat mensen vragen is dat het serieus wordt genomen. Iedereen heeft vooroordelen, zelfs ik. Het verschil is dat je er bewust van bent en het probeert te veranderen.

Ik ben enorm trots op mijn kleur. Ik ben meer dan mijn kleur. Het is mijn trots, maar het is niet alles wat ik ben. Ik ben Rudy. Ik ben de nerd, die heel veel boeken leest. Ja, ik ben ook zwart. Ik ben Amsterdams, Nederlands en Ghanees.’

 

Dit bericht bekijken op Instagram

 

Een bericht gedeeld door Rudy O. Asibey (@ruudsters)

Lees meer inspirerende levensechte verhalen:

Sanya kreeg een ongeplande keizersnede: ‘Het was een traumatische ervaring’

Pinar is corona buddy op de IC: ‘Ik ben trots om op deze manier een bijdrage te leveren’

Cindy’s zoon van 8 raakte door zinloos geweld ernstig gehandicapt: ‘Ik blijf vechten voor een goed leven voor Jelte’

Heb jij ook een verhaal dat je op wendyonline.nl zou willen delen? Stuur dan een mail naar redactie@wendymultimedia.nl



WENDY Zomer special

Zomer op een eiland!


Een special vol eilandliefde en eilandinspiratie.


 

LAAT JE INSPIREREN DOOR ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF