Linda, lid van de jongerenraad van Het Vergeten Kind: 'Ik had geen zin meer om mijn verhaal weer te vertellen'

Linda (18) heeft uitgerekend dat ze in de afgelopen twee jaar zo’n twintig hulpverleners heeft gezien. ‘Vergeleken bij jongeren die langer in de jeugdzorg woonden, is dat niet eens zo veel. Maar vergeleken bij de doorsnee Nederlandse jongere wel.’

“Mijn moeder is psychisch ziek en kan niet voor mij zorgen. Voor mijn vader is het zwaar om mij op te voeden. Toen mijn ouders gingen scheiden, zat ik in groep drie. Op school had ik moeite met samenwerken, zat in mijn eentje aan een tafeltje in een hoekje van de klas en werd snel boos. De juf vond het slim als ik speltherapie zou gaan volgen. Dat was mijn eerste ervaring met hulpverlening.”

Filmscript

“Op mijn tiende trouwde mijn vader met mijn huidige stiefmoeder. Omdat ik net begon te puberen en al de nodige emotionele bagage had, begrepen wij elkaar niet. Er was veel ruzie, soms klein, soms tot stampen en huilbuien aan toe. Ik ben altijd best tegendraads geweest, waardoor zij steeds strenger werden en ik op mijn beurt steeds meer ging liegen, totdat we elkaar niet meer konden vertrouwen. Tegelijkertijd verslechterden mijn schoolprestaties. Mijn vader vond dat ik weer in therapie moest gaan. Maar ik wilde dat niet, mijn leven was een soort filmscript geworden, waar ik niets bij voelde.”

Onhoudbaar

“Ik was zestien toen de situatie thuis onhoudbaar werd. Na school wilde ik gewoon niet meer terug naar huis. Mijn toenmalige vriend nam me mee naar de vertrouwenspersoon, die de gemeente inschakelde. Ik kwam op de lijst voor pleegzorg. Na anderhalve maand kon ik bij mijn oom en tante komen wonen. Als dat niet was gebeurd, zou ik nu nog op nieuwe pleegouders zitten wachten. Maar voor mijn oom en tante bleek het niet makkelijk om ineens een emotioneel beschadigd meisje in huis te hebben. Daarom besloten we dat ik naar een kamertrainingscentrum zou gaan. Dat is een plek waar je met andere jongeren woont, en oefent om voor jezelf te zorgen.”

Beste hulpverlener ooit

“Bij het kamertrainingscentrum wisselden de begeleiders nogal: de eerste ging op zwangerschapsverlof, de tweede kwam net van school en ontdekte al gauw dat deze baan toch niet bij haar paste, de derde kreeg ook een andere baan en de vierde was een tijdelijke invaller. En toen kwam Janneke. Een geweldig mens. Ik heb haar dan ook voor de titel ‘beste hulpverlener ooit’ genomineerd. Ze zag mij echt helemaal, had vertrouwen in me, en loog niet. Dat vind ik belangrijk, dat hulpverleners niet zeggen: ‘ik begrijp je’, terwijl ze bedoelen: ‘ik snap het niet, maar probeer het me voor te stellen.’ Ik bouwde zo’n goede band op met Janneke, dat ik het niet wilde verpesten door de regels te breken, terwijl ik juist altijd zo rebels was.''

Te veel stempels

“Tijdens mijn tijd in het kamertrainingscentrum heb ik grote stappen gemaakt. Ik dacht vaak: ik mag er niet zijn. Maar ik had wel een dak boven mijn hoofd, en er was wel iemand waar ik naartoe kon met mijn problemen. En ik had Janneke. Ik kwam er ook achter dat ik in het verleden verkeerd gediagnosticeerd ben. Ik zou een lichte vorm van ADD hebben. Daar kreeg ik als puber dan ook medicijnen voor, maar daar had ik alleen maar bijwerkingen van. Logisch, want ik bleek helemaal geen ADD te hebben, maar een trauma. Er worden te snel stempels geplakt. Dat is makkelijk, voor de hulpverleners, en voor de patiënten. Veel mensen zeggen: ‘doe mij maar gewoon die pillen’, maar daarmee los je het probleem niet op. Ik werk nu aan mijn problemen door middel van EMDR-therapie.''

Levenslange vertrouwenspersoon

“Ik wens dat er een systeem ontwikkeld wordt dat elke hulpverlener direct kan zien wat er gaande is, als de patiënt daar toestemming voor geeft. En dat je een levenslange vertrouwenspersoon kunt krijgen. Een persoon met wie je een band op kunt bouwen, ongeacht bij welke hulpverleningsinstantie je zit. Bijvoorbeeld als een hulpverlener het gevoel heeft: met deze patiënt heb ik een klik, en zich dan aanmeldt als vertrouwenspersoon voor diegene. Bij wijze van spreken tot zijn of haar dood.''

The Unforgettables

Linda maakt deel uit van The Unforgettables; de jongerenraad van Het Vergeten Kind. Zij zijn de stem van de kwetsbare kinderen in ons land, omdat zij als geen ander weten hoe het is om op te groeien in een moeilijke situatie. Linda: “Ik vind het fijn dat ik bij The Unforgettables zit omdat ik zo andere kinderen en jongeren kan helpen. Je kunt door een hele donkere tijd gaan als je niet meer thuis kan wonen, maar het is  –ook voor anderen – heel belangrijk om te weten dat er altijd lichtpuntjes zijn.”

Petitie

Met de campagne en de petitie roept Het Vergeten Kind op om de jeugdzorg zo te organiseren, dat kinderen substantieel minder verschillende gezichten zien dan nu het geval is. Een grote hoeveelheid handtekeningen maakt het mogelijk dit te agenderen en een verandering teweeg te brengen. Daarom roept de stichting iedereen op de petitie (tot half februari) te ondertekenen op www.hetvergetenkind.nl/petitie om het wisselen van hulpverleners te stoppen. Daarmee wenst Het Vergeten Kind niet minder hulpverleners, maar wel per kind minder hulpverleners én meer vaste gezichten.