Onze lieve collega’s van MonStyle weten alles over mode. Zij kunnen jou precies vertellen hoe je op hakken loopt zonder pijn en welke outfit iedereen goed staat (ook jou). Maar ze helpen je ook bij het vinden van je eigen stijl. De komende weken delen zij hun ALLERBESTE tips op onze website.
Jezelf aankleden wordt zo veel makkelijker én LEUKER.
Wanneer je tiener bent, is het toch geweldig om je eigen pinpas te hebben? Je mag alles kopen wat JIJ mooi vindt. Samen met je vriendinnen shop je de winkels leeg en kom je wekelijks thuis met overvolle tassen aan kleding. Dit zet je makkelijk tien jaar door maar op een gegeven moment werkt het niet meer. Je hebt namelijk een kast vol kleding maar niets om aan te trekken.
Je komt op zo’n leeftijd (vaak rond de 27 jaar) dat je toe bent aan een nieuwe kledingkast. Een kledingkast waar je trots op bent, blij van wordt en jou er iedere dag goed uit laat zien. Maar hoe doe je dat? Wij hebben een stappenplan voor je gemaakt. Zo bouw je een kast die je leven lang meegaat:
1. Bepaal je eigen stijl
Voordat je je kast gaat uitruimen en dingen gaat weggooien of verkopen, moet je eerst weten wat er weg kan. En dat is een stuk makkelijker als je weet wat jouw stijl is en wat daarbij past. Lees dus eerst even dit artikel zodat je je eigen stijl duidelijk voor je hebt. Weet je dit al? Dan kan je door naar stap twee.
2. Opruimen
Zorg dat je een hele dag de tijd hebt om jouw kledingkast op te ruimen. En dan hebben we het niet alleen over je kledingkast. Ook je schoenen, de jassen aan de kapstok en OOK de kleding die nog op zolder ligt. Verzamel alle kleding die je hebt. Maak vervolgens drie verschillende stapels.
1. Op stapel een komt je favoriete kleding te liggen. Dit is makkelijk, dit zijn alle items waar jij ontzetten blij van wordt of complimentjes over krijgt. Kortom, de kleding die iedere week weer in de was ligt.
2. Stapel twee bevat alle kleding die je wel draagt maar niet per se heel blij van wordt.
3. Op de laatste stapel komt de kleding te liggen met een ‘maar’. Zoals: ‘deze top vind ik leuk MAAR hij is te kort, deze broek vind ik tof MAAR ik weet niet hoe ik hem moet combineren’.
Waarschijnlijk heb je nu al veel meer zicht op welke kleding je allemaal hebt en waar het fout gaat. Koop je misschien te vaak kleding die niet past? Koop je vaak hetzelfde en heb je daarom moeite met combineren? Als het goed is heb je automatisch een vierde stapel gecreëerd met kleding die weg moet. Deze kleding moet je nooit zomaar weggooien. Kijk altijd of je het kan verkopen, doneren of recyclen.
3. Combinaties maken
Stapel een kan meteen terug je kast in. Zorg dat je je favoriete kleding netjes ophangt of opvouwt en zorg dat het binnen handbereik ligt. De items die niet per se favoriet zijn (stapel 2), mogen ook terug in de kast. Als je deze items terug in de kast hangt, bedenk dan hoe je het WEL leuk kan combineren. Heb je bijvoorbeeld een groene trui waar je over twijfelt? Zoek dan eens in Pinterest naar combinaties. Wie weet kom je iets tegen waar je zelf nog nooit bij stil had gestaan. De derde stapel is het lastigst. Hier moet je streng voor jezelf zijn. Als er items bij zitten die te groot of kapot zijn, kan je deze laten (ver)maken. Maar doe dat dan ook. Deze kleding mag niet terug in de kast voordat je het hebt gerepareerd.
4. Rustperiode
Voordat je meteen weer de winkels in gaat voor nieuwe kleding, moet je heel even wachten. Las even een pauze in waarin je even niets mag shoppen. Minstens een maan, maar het liefst langer. Ten eerste leer je op deze manier creatiever omgaan met de kleding die je al hebt. Ten tweede kom je er zo ook direct achter wat je nog mist in je kast. Kijk even niet in alle online shops en winkels maar kijk wat je tegenkomt op straat. Kijk naar wat anderen dragen en kom er op die manier achter hoe jij bijvoorbeeld jouw gestreepte blouse kan combineren.
5. Jouw persoonlijke uniform
Na de rustperiode is voor jou het een en ander duidelijk geworden. Je kleed je met de kleding die je hebt en waar je blij van wordt. Ondertussen heb jij een favoriete combinatie gevonden die keer op keer werkt. Denk bijvoorbeeld aan een trui met een rokje of een jeans en een blazer. Heb jij een eigen uniform? Investeer hier dan in en koop verschillende rokjes of truien zodat je meerdere outfits kan maken.
6. 80/20-regel
Je weet nu beter wat je nog nodig hebt dus zo kan je ook verstandigere keuzes maken. Voordat je weer als een tiener allerlei items shopt die je ‘leuk’ vindt, ga je nu shoppen met een boodschappenlijstje. Wat heb je ECHT nodig? Wat mis je als je ‘s ochtends voor je kledingkast staat? Houd hierbij ook de 80/20-regel in je achterhoofd. De 80/20-regel deelt jouw shopping budget in twee delen. 80% mag je besteden aan de essentials die jij nodig hebt voor de perfecte garderobe. Deze items zijn van goede kwaliteit en zijn tijdloos. Deze items heb je nodig. Je hebt er onderzoek naar gedaan, door de verschillende merken, prijzen en materialen met elkaar te vergelijken. De overige 20% mag je uitgeven aan spontane vondsten of trendgevoelige items die net iets minder kosten.
Een kledingkast die je leven lang meegaat, heb je niet in een week klaar. Hier gaat wel wat tijd overheen. Dus heb geduld. De volgende keer dat jij je kast uitruimt hoef je als het goed is niets weg te gooien.
