De Japanse Marie Kondo heeft gezorgd voor een ware opruimhype: niet alleen ontdekken steeds meer mensen hoe fijn het is om goed op te ruimen, ze hebben er zelfs plezier in gekregen. Doe je ook mee?

Als kind was ze al obsessief bezig met het opruimen van de slaapkamers van haar broer en zus – ze gooide zelfs dingen weg waarvan zij vond dat die ze niet meer nodig hadden. Toen ze zich realiseerde dat opruimen haar lust en haar leven was, maakte ze er haar beroep van. Kort geleden verscheen haar boek daarover, met alle do’s en don’ts die ze in haar opruimcarrière heeft geleerd.

Nu zou je denken dat je alles over opruimen wel eens hebt gelezen en dat je alle tips wel hebt gehoord. Toch is Marie Kondo’s Opgeruimd! een heel verfrissend boek. Ze heeft het luchtig geschreven en komt met dingen waar je werkelijk wat aan hebt. Toegegeven, een klein beetje gek is ze wel. Zo leert ze je dat je je winterkleding zo nu en dan even moet aaien zodat je band met hen behouden blijft, dat je douchegel- en shampooflessen na gebruik moet afdrogen en terug in de kast moet zetten en dat je loonstrookjes en bankafschriften zó weg kan gooien.

Omdat veel troep ontstaat doordat je het simpelweg te druk hebt en je dus ook geen tijd hebt om een heel boek te lezen (hoe snel je ‘m ook uit hebt), zetten we negen van de talloze tips uit Opgeruimd! voor je op een rij:

• Ruim in één keer goed op, in plaats van stukje bij beetje. Alleen op die manier kun je je manier van denken drastisch veranderen en zorg je voor een grote verandering. Dat geleidelijk opruimen niet werkt heb je inmiddels wel gemerkt, toch?
• Je weet het zelf ook: je hebt veel te veel spullen in huis. Je komt erachter wat je écht wilt houden door het vast te nemen en jezelf af te vragen: word ik er blij van? Zo ja, dan hou je het. Zo nee, weg ermee.
• Soms kun je iets maar moeilijk wegdoen, ook al wil je het wel. Bekijk dan wat het voor je heeft betekend. Een duur kledingstuk dat een miskoop bleek heeft zijn rol vervuld: het heeft je namelijk geleerd dat die kleur of stijl jou niet staat. Het kledingstuk heeft gedaan wat -ie moest doen en kan nu dus de deur uit.
• Ga niet kledingstukken degraderen tot ‘huiskleding’. Alles wat je niet buiten de deur wilt dragen, moet je ook niet binnenshuis aan willen hebben.
• Boeken. Voornamelijk ongelezen. Stápels. Beloof je jezelf dat je ze vast ooit nog gaat lezen? Laten we wel wezen: dat gaat niet gebeuren. Ze voelen eerder als een last. Doe ze weg, net als de exemplaren die je wel hebt gelezen. Bewaar alleen een stapeltje waar je écht (nog steeds) gelukkig van wordt.
• Voel je niet schuldig om cadeaus weg te gooien of weg te geven waar je nooit op zat te wachten. Hun doel was om liefde of dankbaarheid uit te drukken en dat hebben ze gedaan.
• Ruim één categorie op per keer en bepaal voor iedere categorie één enkele opbergplek. Begin echter pas met opruimen als je werkelijk álles van die categorie hebt verzameld. Alles wat je daarna nog vindt, verdwijnt per direct in de prullenbak.
• Verlies jezelf niet in opbergoplossingen en opruimdozen. Ze bieden alleen maar manieren om spullen aan het zicht te onttrekken, vaak spullen die je toch al nooit of nauwelijks gebruikt.
• Eén van de redenen dat we na een stevig potje opruimen ‘terugvallen’ is omdat we geen goede vaste plekken hebben voor alles. Zorg dat je die wel hebt en leg altijd alles op die vaste plek terug. Dan hoef je uiteindelijk helemaal nooit meer op te ruimen.

Voor wie echt aan de slag wil, het boek Opgeruimd! van Marie Kondo kost € 19,95 en bestel je hier.