Jesscia ruide haar werk in de horeca in voor de zorg

Jessica ruilde haar werk in de horeca in voor de zorg: ‘In deze tijden is het belangrijk om flexibel te zijn en mee te bewegen’

Nadat de horeca moest sluiten, nam Jessica (26) het besluit om te gaan helpen in de zorg. Ze wilde niet thuis komen te zitten, maar juist haar steentje bijdragen. Een mooi gebaar, waardoor ze de werkdruk van haar nieuwe collega’s verlaagt en een lach op de gezichten van de bewoners tovert. Maar het is niet altijd leuk, vooral niet als er corona uitbreekt…

‘De eerste maand dat er corona was, was ik nog niet bang. Ik merkte wel dat sommige van mijn collega’s bang waren, maar ik vond dat het geen zin had om me er druk over te maken. Dat is nu wel anders. Inmiddels heeft een deel van de bewoners in het verpleeghuis waar ik werk corona gekregen. Dan komt de pandemie opeens heel dichtbij en schrik je. Ik ben nu een stuk voorzichtiger dan eerst. We proberen alles schoon te houden. Ik sta er minder positief in dan voor de uitbraak hier. Ik heb zelfs getwijfeld om te stoppen, meer uit bescherming voor mezelf, omdat ik het kindje in mijn buik niet in gevaar wil brengen.'

‘Dat ik de bewoners niet kan knuffelen of hun hand vasthouden, vind ik moeilijk.’

'Voor de bewoners is het erg om de hele dag binnen te zitten. Zij hebben hulp nodig en daarom heb ik gekozen om te blijven helpen. De bewoners zijn kwetsbaarder dan anderen. Je kunt ze niet knuffelen of hun hand vastpakken. Terwijl het juist mensen zijn die dat echt nodig hebben en die daar ook om vragen. Ik merk dat ze de situatie lastig vinden. Alle activiteiten zijn gestopt. Eerst zaten ze nog voor zich uit te staren in de huiskamer en hadden ze elkaar nog. Nu er corona op de afdeling is, mogen ze hun kamer ook niet meer uit. Dat is frustrerend voor sommigen; ze snappen niet wat er gebeurt. Ik hoop dat iedereen snel kan worden gevaccineerd, dat zou een enorme opluchting zijn.’

Nieuwe uitdaging

‘Bij Van der Valk werkte ik vijf dagen per week achter de bar en in de bediening. Horeca zit in mijn bloed. Ik doe het ook al tien jaar. Op een gegeven moment kregen we minder werk door het coronavirus. Overdag kwamen er te weinig mensen lunchen om iedereen aan het werk te houden. Samen met drie andere collega’s heb ik de kans gegrepen om tijdelijk in een woonzorgcentrum te gaan werken via Horeca helpt de zorg. In deze tijden is het belangrijk om flexibel te zijn en mee te bewegen, vind ik. Ik wil niet thuis gaan zitten terwijl er zo veel mensen hulp nodig hebben. Het wil er op deze manier voor mensen zijn.

De werkdruk in het woonzorgcentrum is voor mij niet te hoog, in tegenstelling tot mijn collega’s. Zij moeten van de ene bewoner meteen door naar de andere. Ik pak alle overige taken op, dingen waar zij niet aan toe komen. Zo zit ik achter de balie om mensen te verwelkomen en zorg ik dat de pakketjes van de apotheek goed worden bezorgd. Voor de corona-uitbraak hielp ik ook met andere klusjes, zoals het eten. De bewoners van de eerste verdieping met een verstandelijke beperking kwamen vaak even langs de balie om een praatje te maken. Dat was altijd zo gezellig, maar nu zie ik ze niet meer. Zij zitten in hun kamer en ik mag niet verder komen dan de balie.’

Reactie

‘Mijn omgeving was meteen super enthousiast toen ik vertelde dat ik in de zorg ging helpen. Mijn moeder werkt ook in de zorg en kon mij alvast wat dingen vertellen, waardoor ik wist wat ik kon verwachten. Ze weten dat ik voorzichtig ben. Dat ik zwanger ben, wil niet zeggen dat ik geen mensen kan helpen. Ik voel me prima en laat m’n ouders vaak weten hoe ik me voel.

Met de bewoners praat ik niet veel over corona. Er zijn wel bewoners die ervan op de hoogte zijn en het nieuws kijken, maar anderen hebben geen flauw benul van wat er aan de hand is. Inmiddels heb ik een band gekregen met de bewoners. Sommigen moesten erg aan me wennen toen ik er net zat. De eerste dagen zeiden ze niets tegen me, maar ze werden steeds toegankelijker. Er is een bewoner die ik slecht versta, ik kan bijna geen gesprek met hem voeren. Voor de corona-uitbraak kwam hij af en toe even langs. Hij was een van de bewoners die de eerste dagen geen woord tegen me zei. Maar op een gegeven moment begon hij vragen te stellen, uit zichzelf. Doordat ik bleef herhalen wat ik zei, kwam er steeds meer een gesprek op gang. Ik versta hem ook steeds beter. Door dit werk heb ik geleerd hoe ik met bepaalde mensen kan omgaan. Qua werk verschilt het erg met de horeca, maar het contact met mensen is hetzelfde. In de horeca praat ik ook met iedereen en luister ik naar mensen die hun verhaal kwijt willen.’

Heftige ervaring

‘In de eerste klas van de middelbare school, ik was een jaar of dertien, heb ik twee weken stagegelopen in een verzorgingstehuis. Ik herinner me nog dat ik dat best heftig vond. Ik ben nu 26 en af en toe valt het me nog zwaar. Werken met verstandelijk beperkte mensen is natuurlijk ook helemaal nieuw voor mij. Ik vind het soms ook moeilijk om ermee om te gaan, maar gelukkig gaat het ook vaak vanzelf. Op de bovenste verdieping wonen zwaar dementerende mensen, daar werk ik in principe niet. Ik heb er één keer gezeten, omdat ze iemand nodig hadden. Het was een stuk heftiger dan hier. Eén gebeurtenis daar zal ik ook nooit meer vergeten: een oude vrouw was helemaal de weg kwijt. Ze dacht dat haar pop haar kind was en ik mocht de pop even vasthouden. Het was een soort toneelspel. Dat had ik nog nooit meegemaakt. Ik vond dat heel pittig.’

Positief

‘Van mezelf ben ik een blij persoon. Ik probeer altijd positief in het leven te staan, ook nu. Het is wat het is. Je moet er zelf wat van maken. Dat maakt me ook veerkrachtig. Als een bewoner chagrijnig was of liep te mopperen, vroeg ik eerst hoe het ging. Ze deden daarna hun verhaal bij mij. Vaak maakte ik een grapje, dan verscheen er weer een lach op hun gezicht.

Bij Van der Valk spring ik af en toe nog bij als ze te weinig personeel hebben. Dan pas merk ik hoe erg ik thuishoor in de horeca. Ik vind het mooi om mijn steentje bij te dragen in de zorg, maar mis de horeca ook. Die zit gewoon in mij. Maar het is niet meer hoe het is geweest, en dat is superjammer. Iedereen is gespannen en bang om zijn baan kwijt te raken. Ik ben ook weleens onzeker om mijn baan te verliezen. Het is wel de horeca. Je weet het nooit 100 procent zeker. Ik heb geen idee wat de toekomst me zal brengen. Ik ben van plan om bij Van der Valk te blijven en daar weer fulltime aan de slag te gaan. Maar als er nog extra hulp nodig is in de zorg, wil ik graag blijven helpen. Ik heb er natuurlijk geen opleiding voor, maar doe het graag.’

Lees meer inspirerende levensechte verhalen:

Simone heeft al 16 jaar pijn in haar hele lichaam: 'Het voelt alsof ik alleen kan ademhalen, maar niet leef'

Zonder jou. Joke verloor haar zoon toen die werd aangereden door een bejaarde man: 'Van zijn familie mocht hij de weg niet meer op'

Cindy’s zoon van 8 raakte door zinloos geweld ernstig gehandicapt: ‘Ik blijf vechten voor een goed leven voor Jelte’

Heb jij ook een verhaal dat je op wendyonline.nl zou willen delen? Stuur dan een mail naar [email protected]