fbpx

Jasmijn werd aangevallen door haar eigen hond en raakte zwaargewond: ‘Iedereen voelde zich schuldig’

Boef de hond was al zeven jaar deel van de familie, tot hij een paar jaar geleden Jasmijn aanviel waardoor ze zwaargewond in het ziekenhuis belandde. Haar hond werd ingeslapen, maar daarmee was haar trauma niet opeens weg. Na lastige gesprekken, hulp en het onder ogen zien van haar angst gaat het nu stukken beter met haar. 

‘Boef was ons maatje waar we al zeven jaar lang alles mee deden. Een lievere hond kon je niet bedenken. De dag waarop het ongeluk gebeurde, was eigenlijk een dag net als alle andere. Samen met mijn hoogzwangere zus stond ik buiten te praten. Ik had de teugels van mijn paard in mijn hand, omdat ik later wilde paardrijden. Ik gaf het paard een klopje op zijn hals, wat een beetje kletste. Voordat ik het wist werd het paard door hem besprongen. Het paard schrok, trok zich los en rende weg. Mijn zus rende achter hem aan. Op het moment dat ik mij omdraaide sprong Boef op mij af. Ik viel met mijn gezicht op de grond. Het was zo’n intense boosheid, wat niet meer stopte. Hij begon zich aan mijn zij vast te bijten en heeft mij meterslang meegetrokken. We hebben alles geprobeerd, maar hij stopte niet…’

Moordmachine

‘Eerst schreeuwde ik zo hard als ik kon, zodat mijn zus naar mij toe kwam. Daarna kon ik heel goed de rust bewaren. Ik zei dat we zo brokjes zouden eten en dat het goed was. Ik ging op overlevingsstand. Op den duur beet hij zo hard in mijn arm, waardoor mijn arm verlamd raakte. Hij was een moordmachine. Mijn zus moest hem tot stilstand krijgen. Dat was voor mij niet te doen. Toen hij in mijn achterhoofd beet, gaf mijn lijf op en kwam ik er op een bepaalde manier ernaast te staan. Ik voelde een intense rust. Dat was het dan. Ik wist zeker dat hij niet meer ging stoppen.

Uiteindelijk heeft mijn zus een onkruidschoffel gepakt en hem daarmee op zijn hoofd geslagen. Omdat hij aan het bijten was aan mijn achterhoofd en ik helemaal slap was, dacht hij dat hij mijn nek brak. Hij stopte meteen. Door de adrenaline ben ik opgestaan en weggerend. De hond stond daar maar een beetje, alsof er niks aan de hand was.’

IMG 8946 Jasmijn werd aangevallen door haar eigen hond en raakte zwaargewond: 'Iedereen voelde zich schuldig'

Overal bloed

‘Ik ben de schuur in gerend. Op de één of andere manier had ik mijn telefoon in mijn handen, waar ik direct 112 mee heb gebeld. Overal waar ik keek, zag ik bloed. Ik zag alles zitten via die wonden. Mijn zus heeft me toen in een stoel neergezet nadat haar vriend de hond naar binnen had gebracht. Die vriend wist nog van niks, de hond ging gewoon met hem mee. Onze ouders waren op het moment van het ongeluk niet thuis, dus zijn ze zo snel mogelijk gekomen.

Ik ben met de ambulance naar het ziekenhuis gebracht, waar ik een week heb gelegen, omdat mijn wonden 4,5 centimeter diep waren. De wonden mochten niet gehecht werden door de bacteriën, dus werden ze drie keer per dag gespoeld. Toen ik thuiskwam werden de wonden nog een maand door de thuiszorg gespoeld. Mijn arm voelde ik niet meer, die werd ook onderzocht. Gelukkig is mijn arm vanzelf hersteld.’

Afscheid van Boef

‘De nacht na het ongeluk is Boef alleen in de gang geweest. Hij kon nergens anders heen, omdat de rest bang voor hem was geworden. Hij gedroeg zich alsof er niks gebeurd was. Daarom mocht hij de volgende dag weer naar binnen. Hij heeft nog een tijdje met mijn vader gespeeld en is daarna ingeslapen. Het klinkt gek, maar ik ben blij dat er afscheid van hem is genomen. Voor mijn ouders was dat heel lastig. Ze voelen zich nog steeds schuldig als ze rouwen om de hond. Het is onvergefelijk wat Boef gedaan heeft, maar ze zijn toch verdrietig, omdat de hond zeven jaar lang hun maatje was.’

Angst voor honden

‘De eerste keer dat ik extreme angst voor honden voelde, weet ik nog goed. Ik was net ontslagen uit het ziekenhuis. Mijn moeder reed mij met de rolstoel uit het ziekenhuis. Het was zonnig, dus zette ze mij even op een plekje in de zon neer, zodat ze zelf iets uit de auto kon pakken. Aan mijn rolstoel hing een ballon, die ik van een vriendin had gekregen. Er kwam een pitbull langs, die naar de wapperende ballon ging. Ik kreeg last van hartkloppingen en wilde eigenlijk heel hard wegrennen.

Door de morfine en andere medicijnen had ik de eerste maand nog geen last van flashbacks. Later kon ik op elk moment van de dag teruggaan naar het moment van het ongeluk. Het was net of ik er weer middenin zat; ik voelde de beten, de pijn, hoorde het gegrom en zag de angst in de ogen van mijn zus. Als de buurhond blafte, die 50 meter verderop woonde, raakte ik gelijk in paniek. Nachtenlang kon ik niet slapen en mijn concentratie verdween.’

Depressieve gedachtes

‘In de tijd daarna kreeg ik ook last van depressieve en suïcidale gevoelens. Door de slapeloze nachten en de continue herbelevingen werd ik gek. Het duurde zo’n anderhalf jaar tot ik doordraaide. Ik kon er niet meer over praten en ik vond de hele wereld oneerlijk. Het voelde alsof ik een last was geworden. Achteraf weet ik dat dat onzin was, maar het voelde alsof de hele periode om mij moest draaien. Mijn vader had speciaal voor mij een bed gemaakt in de woonkamer. Mensen van buitenaf wisten niet goed hoe ze moesten reageren. Vaak zeiden ze: ‘Gelukkig is het niet in je gezicht’, of ‘Brandwonden zijn veel erger’. Je moest eens weten, dacht ik dan.’

Kiezen voor mezelf

‘Voor de paniekaanvallen heb ik EMDR-therapie gehad. Ik raakte minder in paniek door de beelden die ik voor me zag, maar het was niet genoeg. Het moest ook besproken worden, ook thuis. Iedereen vond het moeilijk en niemand wist hoe we erover moesten praten. Uiteindelijk heb ik voor mezelf gekozen. Ik liet mezelf tien weken opnemen in een Yes We Can Clinic. Daar heb ik een heel traumaverhaal geschreven, waar mijn gedachtes en herinneringen samen op papier kwamen te staan. Dat heeft mij heel erg geholpen. Naast het schrijven, moest ik het verhaal ook voorlezen aan mijn ouders. Dat was heel moeilijk, maar ook dat heeft ons goed gedaan.’

Littekens

‘Wat altijd zal blijven, zijn de littekens. Ze zitten overal; op mijn armen, schouder, zij, achterhoofd, buik en rug. Ik heb een bepaalde littekengroei, waardoor het wild vlees littekens zijn geworden. Sinds het ongeluk word ik daarvoor al behandeld in het ziekenhuis. Om de zes weken moet ik daarheen voor die behandelingen. Mijn littekens zijn echt goed zichtbaar, maar ik heb geleerd om ernaar te kijken.’

Hulp bieden

‘Ik wil social work doen om uiteindelijk bepaalde hulp te geven, zodat mensen weer vertrouwen krijgen in honden. Honden zullen er altijd zijn. Ik merk aan mezelf dat het steeds beter gaat, doordat ik bijvoorbeeld de grote buurhond steeds meer zie. Maar sommige dingen blijf ik lastig vinden. Met een hond die ik niet ken, stap ik niet de lift in. Dat gaat nog een stap te ver. Honden die ik al ken, aai ik wel en daar probeer ik een band mee op te bouwen. Zodra een blik mij niet aanstaat, blijf ik uit de buurt. Het beheerst niet meer mijn leven, zoals dat het voor de kliniek deed. Én als ik ergens tegenaan loop, weet ik dat ik altijd bij de kliniek terecht kan.’



WENDY Zomer special

Zomer op een eiland!


Een special vol eilandliefde en eilandinspiratie.


 

LAAT JE INSPIREREN DOOR ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF