platteland

Irene verruilde de stad voor het platteland: ‘We zullen altijd als ‘die mensen’ uit de Randstad worden gezien’

Samen met haar man en twee kinderen verruilt auteur Irene de Muralt tien jaar geleden het Zuid-Hollandse Voorburg voor het Zeeuwse Veere. Een flinke omschakeling. Het plattelandsleven verschilt enorm van de reuring in de stad. Toch zou Irene niet meer terug willen.

‘Op een koude dag in februari vertrokken we. Het was al bijna donker toen we met twee volle auto’s aankwamen bij ons nieuwe onderkomen in Zeeland. Het was er koud, de wind gierde door het huis. Met één klein lampje hebben we McDonald’s gegeten op de kale grond. Voor de kinderen was er gelukkig een stapelbed. Mijn man en ik sliepen op een luchtbed, maar dat liep steeds leeg. We kwamen er pas de volgende ochtend achter dat je het aan twee kanten moest oppompen. Het was verschrikkelijk. Ik dacht echt: waar zijn we aan begonnen?’

Weg uit de stad

‘We woonden in de Randstad, in Voorburg. Het was een monumentaal pand in een oude winkelstraat. Alles was op loopafstand. Ik liep met mijn winkelkarretje vol boodschappen naar huis. Ik werkte als redacteur voor vakuitgevers, business magazines en deed veel interviews. We hadden veel vrienden, gingen vaak op stap en naar etentjes. Het was best hectisch. Mijn man en ik waren beiden wel een beetje klaar met alle drukte en herrie om ons heen. Ik ben geboren en getogen in Voorburg, maar ging vroeger al vaak in Zeeland op vakantie. Toen al vond ik het daar heen fijn en genoot ik van de ongerepte natuur. We hadden een vakantiewoning gehuurd in Veere, een stadje op het Zeeuwse schiereiland Walcheren. Ik heb toen tegen mijn man gezegd: “Als dit te koop staat, dan doen we het.” Het bleek ook echt te koop te staan. We kwamen niet door de bieding, maar vonden wel onze huidige woning een straat erachter. Ons huis in Voorburg was snel verkocht, maar het duurde nog maanden voordat alle financiën rond waren. Toen kreeg ik lichte paniek. Uiteindelijk konden we in februari naar Zeeland.

Vrienden vonden het heel leuk, maar verklaarden ons ook voor gek; wat moet je nou in Zeeland? Tot ze langskwamen en zagen hoe mooi en ruim het is. Onze kinderen waren nog heel jong, drie en zes, dus dat scheelde wel. Alleen onze dochter van zes vond het moeilijk haar school achter te laten.’

Een flinke verbouwing

‘Er moest nog heel veel gebeuren aan ons huis. Het dak was niet geïsoleerd, in alle ramen zat enkel glas en de indeling wilden we helemaal anders. Naast ons huis stond een kleine noodwoning. Die hebben we eerst opgeknapt om te kunnen verhuren als vakantiewoning voor wat extra inkomsten voor de verbouwing. We hebben daar zelf niet in geslapen. In de tijd dat onze slaapkamer en een van de kamers van de kinderen werden verbouwd, sliepen mijn man en ik tijdelijk in de voormalige keuken. De kinderen sliepen samen in een kleine slaapkamer in een stapelbed. De verbouwing van ons eigen huis heeft uiteindelijk vier jaar geduurd.

Telkens wanneer er iets af was, kwam er weer wat nieuws bij. We hadden niet stilgestaan bij wat er allemaal bij komt kijken. Tot overmaat van ramp kregen we ook nog last van een rattenplaag. Uiteindelijk bleken er meer dan veertig ratten te zitten, ik heb er slapeloze nachten van gehad.’

Inburgeren

‘Om zo goed mogelijk in het dorp te integreren, heb ik me meteen op het sociale leven gestort. Vooral de school van de kinderen was hier goed voor. Het was een hele kleine school, dus ik maakte al snel een praatje met mensen. Ook ben ik bij de wijkvereniging gegaan. Ik heb wel mijn best moeten doen. Ik kon niet zomaar zeggen: jou vind ik wel aardig en jou niet. Dat is ongetwijfeld het mooie van het leven op het platteland, je leert ook mensen kennen en aardig vinden die je in de Randstad misschien voorbij zou lopen. Inmiddels zijn we echt geïntegreerd. We zullen altijd als ‘die mensen’ uit de randstad gezien worden, maar dat is niet erg. Iedereen staat hier voor elkaar klaar.’

Wereld van verschil

‘Dat iedereen zo voor elkaar klaar staat, is wel anders dan ik gewend was. Er zijn veel verschillen tussen het platteland en de stad.. Wat voor mij een groot verschil is, is dat sommige dingen hier heel klein zijn. De boekjes die wij met de wijkvereniging maken, worden nog allemaal persoonlijk rondgebracht. Dit omdat veel ouderen in het dorp geen internet hebben. Ook zijn kinderfeestjes hier veel minder gecompliceerd en meer buiten. Een groot zeil met water en zeep in de tuin en het is goed. Iets anders wat mij opviel, is hoe mensen gekleed gaan naar een feestje. Mannen staan bijvoorbeeld gewoon op hun klompen en in hun werkkleding. Ik was gewend dat je je voor een feestje toch wat leuker aankleedt.

Wat wel lastiger is, is dat je veel meer afhankelijk bent van vervoer. Alles zit hier op een grotere afstand. De dichtstbijzijnde supermarkt is vijf kilometer verderop en de hockeywedstrijden van de kinderen zijn vaak wel twee uur rijden. Ik mis het soms wel om de deur uit te stappen en meteen een boetiekje of koffietentje binnen te kunnen gaan.’

Meer rust

‘Het leven is hier veel minder hectisch. Er is altijd wat te doen, maar je hoeft je niet over de kop te werken. In Voorburg zat ik veel meer achter de laptop en racete ik van het ene interview naar het andere. Ik heb nu veel meer rust, alles gaat hier wat langzamer. Ik werk nog steeds voor vakuitgevers, maar een stuk minder. Deels kwam dit door de verhuizing uit de Randstad maar ik wilde zelf al langer wat anders doen. Ik focus nu vooral op het schrijven van boeken. Zo heb ik een feelgood boek geschreven over onze verhuizing: ‘Hoge hakken breken ook in klei, hoe overleef je als stadsmeisje het Zeeuwse platteland?’

Gesetteld

‘We willen echt in dit gebied blijven wonen. Ons leven is hier goed en ik hoef echt niet terug naar de Randstad. Natuurlijk mis ik soms de reuring, maar die zoek ik dan even op. Na een dag of twee mis ik dan vaak weer de rust en ruimte. We hebben een leuke vriendenkring opgebouwd en nog altijd goed contact met vrienden uit de stad. We hebben het beste van twee werelden.

Wat ik andere mensen mee zou willen geven: als je wil verhuizen naar een compleet andere omgeving, doe je best en integreer. Maak contact. Pas je aan zoveel je kunt en wil, maar leef ook vooral je eigen leven. Ik heb wel te weinig genoten in het begin. Ik stond nog met een half been in Voorburg en moest wennen aan het buitenleven. Het was soms moeilijk, maar ik heb totaal geen spijt. Het leven is hier anders, maar zó de moeite waard.’