Marije woont in Maleisie en daar is het niet gebruikelijk om maar één kind te hebben. Mensen vragen niet of je kinderen hebt, maar hoeveel je er hebt. Het confronteert haar met het verdriet dat ze heeft over het feit dat meer kinderen krijgen niet lukte. We delen de blog die ze schreef voor Wereldwijven.
Maleisiërs zijn zeer sterk gericht op familie. Samen picknicken in het park, samen winkelen in de ‘mall’ en uiteraard mag samen uitgebreid eten niet ontbreken. Families onder één dak is niet vreemd, er is veel respect voor ouderen en beslissingen worden gezamenlijk genomen. Loyaliteit daar draait het om binnen en buiten de familiemuren.
Op het platteland zie je meer grote families met kinderen, grootouders en aangetrouwden bij elkaar wonen in tegenstelling tot in de steden waar meer ‘kleinere’ gezinnen met gemiddeld twee of drie kinderen zijn.
In Maleisië is niet de vraag ‘Heb je kinderen?’, maar altijd ‘Hoevéél kinderen heb je?
‘Eén jongen van zeven’ zeg ik. Tot mijn verbazing voel ik daarbij nog altijd een klein speldenprikje in mijn hart of eigenlijk meer een hele gemene prik. Na al die jaren dacht ik dat het wel verdwenen was. Dus niet.
Toekomstplaatje is niet altijd ideaal
Als kind wilde ik alles worden van arts, reclamemaker, fotograaf, skileraar tot astronaut. Eén ding wist ik later vrij zeker, moeder worden stond ook hoog op het lijstje. Over mijn baan, mijn kluts-knieën en andere kleine onzinnigheden heb ik meer getwijfeld. Drie kinderen op de achterbank op weg naar Zuid-Frankrijk, zo zag het plaatje in mijn hoofd eruit. Gaandeweg weg kom ik erachter dat niet alles vanzelfsprekend en maakbaar is. Mijn ideaalplaatje blijft altijd een mooi beeld in mijn hoofd.
Het moederschap is niet vanzelfsprekend, niet voor iedereen weggelegd. Mijn jarenlange route van ziekenhuizen in en uit, grenzen verleggen, was een rollercoaster van grote omvang met even grote haperingen onderweg.
In deze jaren merkte ik, en soms nu nog, dat er een schaduw van schaamte overheen hangt wanneer niet alles volgens verwachting verloopt. Twijfel aan het vrouw zijn, zeker naarmate de jaren met onzekerheid en teleurstelling verstrijken. Laat mijn lichaam me in de steek? Het niet voldoen aan het maatschappelijke beeld. Ongewenst kinderloos, wensmoeder hoe je het ook wil noemen, het valt nog in het taboe hoekje en vaak gepaard met stil verdriet dat menig vrouw met zich meedraagt achter haar gulle glimlach.
Oh, heb je maar één kind
Gelukkig is er steeds meer openheid, wordt er minder vastgehouden aan het verwachtingspatroon en verschijnen er meer en meer realistische artikelen in de media. Al stijgt mijn bloed naar het kookpunt en gaan mijn haren rechtovereind staan bij de vraag: ‘Neem je nog een kind?’ of ‘Oh, heb je maar één kind dan?’. Alsof je bij de grootgrutter naast een pak melk, pasta, eieren ook een kind koopt. Het moet je gegund zijn. Nou is dat deel van een kind ‘kopen’ ironisch gezien misschien wel voor een deel waar. Wij zijn in de gelukkige positie dat we diverse behandelingen, die niet meer vergoed werden via de verzekering, zelf konden bekostigen. Dit geldt niet voor iedereen… Zoals mijn Maleisische vriendin, zij zit nu in ongeveer hetzelfde schuitje zoals ik enkele jaren geleden. Met alle liefde help ik haar, deel mijn ervaringen en biedt een luisterend oor.
Het ‘andere’ toerisme
Zittend in het vliegtuig lees ik het vliegtuigmagazine. Mijn ogen blijven maar staren naar een advertentie met de zin ‘Your fruitful IVF journey starts here’. Noem het een andere vorm van toerisme.
Maleisië is één van de favoriete bestemmingen van stellen uit de omliggende Aziatische landen om vruchtbaarheidsbehandelingen te laten doen. De gespecialiseerde klinieken richten zich vooral op de Chinese ‘toeristen’, een van de snelst groeiende markten. Vooral na het opheffen van de eenkindpolitiek enkele jaren geleden, komen steeds meer koppels naar Maleisië om hun kinderwens in vervulling te laten gaan. Sommige methoden gaan zo ver dat koppels het geslacht van hun baby kunnen kiezen.
In Maleisië zelf blijft het vruchtbaarheidscijfer dalen en is een grote markt voor vruchtbaarheidsbehandelingen. Leven we dan toch steeds meer in een maakbare wereld?
Een klein hoekje van mijn ideaalplaatje is inmiddels gevuld. ‘I have a boy, he is seven years old’ beantwoord ik met een gulle glimlach weer DE vraag van de taxichauffeur.