Een vrij leven in een klein huisje in de natuur, zonder de last van een hypotheek en off grid: dat was de droom van voormalig tv-kok Mathijs Vrieze en zijn man Niels Oosterhof. Ze vonden hun droomplek anderhalf jaar geleden bij Alaró op Mallorca, aan de voet van het Tramuntana-gebergte.
De blijdschap straalt van Mathijs en Niels af als ze hun huis laten zien. Het is niet groot: 45 vierkante meter, maar heeft alles wat je nodig hebt op een eiland waar je bijna altijd buiten leeft: een woonkamer, slaapkamer en badkamer, met een met bamboe overkapt terras dat even groot is als het huis. De vloeren binnen en die van het terras zijn gemaakt van microcement, een techniek die lijkt op het Marokkaanse Tadelakt, en binnen en buiten vloeien hier als een geheel in elkaar over. De sfeer is een mix van bohemian en Balinese stijlen, met veel natuurlijke materialen, bamboe en eigenhandig verzamelde details.
Speld in de hooiberg
Ruim anderhalf jaar wonen ze nu samen met hun Franse bulldogs Sulley en Dobby op Mallorca en ze hebben alles vanaf de grond opgebouwd. Mathijs: ‘Ons oorspronkelijke idee was om naar Bali te verhuizen, maar door corona was het destijds onmogelijk om te vliegen. We hebben altijd veel gereisd en omdat we samen een webdesignbureau hebben, kunnen we ons werk op afstand doen. Daarnaast werk ik online als mindset-ondernemerscoach. Het was onze wens om meer in de natuur te wonen en in een land met een beter klimaat dan Nederland. Via onze vrienden Michael en Cindy kwamen we in juni 2021 op Mallorca terecht – hun enthousiasme had ons aangestoken. We waren meteen verliefd. Dit huisje kochten we ongezien, nadat ons contact op Mallorca ons een video stuurde. Zijn boodschap was duidelijk: met ons beperkte budget was dit de speld in de hooiberg.’
Back to basic
Het voelde goed, ze kochten het meteen en een dag later vlogen ze naar Mallorca. Het bleek precies te zijn zoals ze wilden: een oud huis, maar met een mooi stuk land en aan een weggetje zonder doorgaand verkeer. Alles moest echter nog gedaan worden. Het terrein was volledig overwoekerd met bramenstruiken en het huis moest opnieuw worden opgebouwd – alleen de muren konden blijven staan. Er was geen stromend water, geen elektriciteit, toilet, keuken en koelkast. In de tuin bouwden ze een yurt waar ze voorlopig in konden wonen. Niels: ‘Douchen konden we in een hotel van Nederlandse vrienden in de buurt en ons eten moesten we elke dag kopen, omdat we geen koelkast hadden om dingen in te bewaren. Maar als je zo teruggaat naar niets, waardeer je het extra als er wel water uit de kraan komt en je een stopcontact hebt.’
Houtgestookte sauna
Nu wordt de elektriciteit opgewekt door 21 zonnepanelen en opgeslagen in accu’s. Er is een septic tank aangelegd, ze hebben een eigen waterbron en de zonnepanelen leveren zelfs genoeg energie om het huis te voorzien van airco en vloerverwarming en koeling. De yurt in de tuin is blijven staan en wordt nu verhuurd of door Mathijs gebruikt voor zijn coachingprogramma’s; erachter hebben ze van bamboe en hout een badkamer en keuken laten bouwen. Op het hogere terras achter het huis staat een dome die dienstdoet als kantoor – een ronde kamer van plexiglas met een vogelnest van riet eroverheen als bescherming tegen de zon – met een prachtig uitzicht over de vallei en het hoge Tramuntana-gebergte op de achtergrond. Bij het schoonmaken van hun terrein ontdekten ze nog een mooie verrassing: een klein stenen opslagschuurtje dat ze hebben omgebouwd tot een houtgestookte sauna.
Ontspullen
Het was hun wens om zo minimalistisch en zelfvoorzienend mogelijk te leven, vertellen ze. Ten eerste ontdeden ze zich in Nederland van zo veel mogelijk spullen. Niels: ‘We hadden zo veel spullen die we eigenlijk niet nodig hadden – in Nederland leer je als kind al te verzamelen, denk maar aan de flippo’s – maar een klein huis dwingt je om alleen het nodige te houden. Dat geeft een gevoel van vrijheid.’ Doordat ze hun huis in Nederland goed konden verkopen en hun spaargeld gebruikten, hebben ze geen hypotheek meer en kosten voor verwarming, water en elektra zijn er ook niet. Ze hebben een moestuin aangelegd en 25 fruitbomen geplant en halen veel uit eigen tuin. Niels: ‘Doordat we veel goedkoper leven dan in Nederland, hebben we ook minder stress. Als we allebei twintig uur per week werken in plaats van veertig redden we het ook, waardoor we veel meer ruimte hebben voor een leuk leven. Elke ochtend lopen we een rondje over ons eigen land en dan zijn we dolblij als we weer mooie nieuwe bloemen zien en het fruit van onze eigen bomen kunnen plukken.’
Espresso voor één euro
Mathijs: ‘We lachen hier iedere dag. In Nederland leidde ik lang een leven dat me niet gelukkig maakte – ik heb me nooit zo thuis gevoeld in de televisiewereld en op een gegeven moment ben ik in een burn-out terechtgekomen. Ik heb toen coaching bij Michael (Pilarczyk, red.) gevolgd en hij heeft me als mentor enorm geholpen. We hebben ervoor gekozen om ook ons mooiste leven te gaan leven.’ Niels: ‘We vinden het leuk om naar lokale markten te gaan of lekker te gaan zwemmen in een mooi baaitje. Of te gaan lunchen bij een lokaal restaurant. Je drinkt hier nog een espresso voor één euro en ook uit eten gaan hoeft niet altijd duur te zijn, dus het leven is hier makkelijker.’ Mathijs: ‘En we houden van de eiland-vibe. Op een eiland wonen geeft een soort geborgenheid. Anderen zouden zich misschien opgesloten voelen, maar ons geeft de beperking van een eiland juist een soort vrijheid. Een eiland is als een cirkel.’
Mallorca-tips van Mathijs en Niels
‘Op Mallorca is elke dag wel ergens een markt en wij vinden het leuk om die marktjes af te struinen. De woensdagochtendmarkt in Sineu is heel leuk, met groenten en fruit, maar ook bijvoorbeeld kleding en levende dieren, en op zondag is er een mooie markt in Santa María. Uit eten gaan we graag bij Living Dreams, ook in Santa María, met een mooie binnentuin en waar je na drie keer eten onthaald wordt als vrienden. Ook leuk is Gallardo in Allaró, met heerlijke focaccia en huisgemaakte ravioli met pompoen. Bij Barbaflorida in het mooie bergdorpje Valldemossa eet je alles van biologische lokale ingrediënten. We zijn geen echte strandgangers, maar bij Santanyí vind je veel mooie baaitjes en we komen ook graag in Port de Sóller, met een lekker strandje en veel leuke restaurantjes. Wandelen doen we graag in het Tramuntana-gebergte, bijvoorbeeld de wandeling van Alaró naar Oriënt. Twee uur heen en twee uur terug door een prachtige bergkloof.’
Mathijs en Niels verhuren hun yurt ook, kijk hier voor meer info.