fbpx

10 dingen die hoogsensitieve kinderen echt niet fijn vinden

Hoogsensitieve kinderen kunnen soms opeens boos of verdrietig worden. Expert Hoogsensitiviteit en Wendy-expert Esther Bergsma legt uit dat dit te maken heeft met hun brein en benoemt 10 dingen die deze buien vaak extra versterken. 

Elke ouder van een hoogsensitief kind kent het wel: een boos of verdrietig kind om ‘niets’. Dat ‘niets’ is voor hen echter wel een big deal. Hun brein is scherper afgesteld op het waarnemen van subtiele details. Ze zijn daardoor gevoeliger voor fysieke prikkels. Daarnaast is een hoogsensitief brein goed in het aanvoelen van de emoties van anderen. Er komt dus veel informatie binnen in dat koppie en die informatie verwerken ze ook nog eens diepgaand. Dat betekent in de praktijk dat ze allerlei (onverwachte) verbanden leggen, dat ze willen weten ‘waarom?’ en bovendien is het brein sterk gericht op de groep: harmonie is dan ook heel belangrijk voor hen.

De onderstaande 10 punten triggeren hoogsensitieve kinderen heel sterk en zijn dan ook vaak de achterliggende reden van een woedeaanval of een huilbui. Welke herken jij bij jouw kind?

1. Onrecht

Met stip op één staat natuurlijk onrecht. Het rechtvaardigheidsgevoel van een hoogsensitief kind (hsk) is groot. Als iets oneerlijk is, ook als het om een ander gaat, onderneemt hij actie. Hij vertelt dan bijvoorbeeld juf dat iemand wordt gepest of vertelt in duidelijke bewoordingen waarom mama’s beslissing oneerlijk is. Als het kind dan weggewuifd wordt en zich niet gehoord en begrepen voelt, ontvlamt ze in woede.

2. Labeltjes

Door hun gevoelige huid is elk kledinglabeltje een groot monster dat continu zit te kriebelen. Dat moet er uit! Maar ook naden in sokken, strakke kleding of ruwe stoffen worden regelmatig in de ban gedaan door hsk.

3. Spanning in een gezin

Een hsk voelt de sfeer aan. Als er spanning is tussen papa en mama of tussen opa en tante, voelt hij dat direct. Soms doet hij dan zijn best het gezellig te maken, maar het kan ook zijn dat hij zich afreageert, omdat hij niet weet wat hij met die zware sfeer aan moet.

4. Verdriet van anderen

Het verdriet van een vriendje doet een hoogsensitief kind pijn. Het maakt zich zorgen om het klasgenootje wiens moeder ziek is. Het beleeft het zo intens dat het haar eigen verdriet lijkt te zijn.

5. Een schoolreisje

Alles gaat die dag anders. Fruit eten in de bus. Niet tekenen, terwijl dat altijd op dinsdag mag. En waarom is iedereen zo druk, duwen er voortdurend kinderen tegen je aan en lijkt niemand juf te horen als ze roept dat we moeten komen? Het verwerken van al deze nieuwe prikkels kost veel tijd. Tegen het eind van de dag, als de terugtocht al bijna begint, lijken hsk pas wat te ontspannen en te genieten.

6. Opeens ‘leuk’ op stap gaan

Bij een spontaan uitstapje speelt dezelfde terughoudendheid voor het onbekende. Hoe is het daar? Wie zijn er? Wat wordt er van mij verwacht? Als er teveel onduidelijk is, wordt zo’n uitstapje te spannend. Een hsk schiet dan in de weerstand. Het houdt liever vast aan veiligheid en wil absoluut niet mee naar die nieuwe speeltuin.

7. Onechte mensen

Wat doe je als iemand heel vrolijk doet, maar toch duidelijk veel verdriet heeft? Of als iemand heel aardig is, terwijl je merkt dat hij je helemaal niet zo leuk vindt. Deze tegenstrijdige signalen zijn verwarrend voor een hsk. Voor hen komen de impliciete signalen net zo duidelijk binnen. En ze weten niet hoe ze dan moeten reageren. Het kan zelfs aanleiding zijn om iemand geen hand te willen geven.

8. Programma’s met (dieren)geweld

Bewust iemand pijn doen of een dier verwaarlozen zijn hoofdzondes in de ogen van een hoogsensitief kind. Programma’s waarin dat ‘normaal’ is, wil hij dan ook niet zien. De pijn van die mensen of dieren kan zo intens bij hem binnenkomen, dat als hij het wel gezien heeft, hij dagenlang van slag is.

9. Testen maken

In een test gaat juf kijken naar wat je kan. Dat beoordelingsmoment leidt voor veel hsk tot stress. Daarnaast zijn de vragen vaak onduidelijk. Soms lijkt het antwoord zo makkelijk dat hij twijfelt aan de juistheid. Met zijn creatieve geest kan hij ook een redenering bedenken voor een ander antwoord. Vanuit het idee dat een test vast moeilijk is, kiest hij voor het antwoord met de ingewikkelde redenering. Als dat vervolgens fout blijkt te zijn, gaat het zelfvertrouwen omlaag en de angst voor testen verder omhoog.

10. Meteen een beslissing moeten nemen

“Wat wil je op je brood?”, is één van de meest gevreesde vragen, omdat papa of mama daar direct een antwoord op verwacht. Een keuze maken is lastig, omdat er zoveel consequenties zijn. Hagelslag knoeit snel, pindakaas plakt in je mond, kaas geeft een vieze nasmaak en de jam heeft pitjes. Maar als ik nu chocopasta kies, mag ik dat bij de lunch niet meer. Voordat al deze aspecten zijn afgewogen, herinnert mama alweer aan de vraag, waardoor de irritatie stijgt en een keuze maken nog moeilijker is.

Hoogsensitieve kinderen nemen dus veel waar en denken daar diep over na. Leren omgaan met deze gevoeligheid vermindert woedeaanvallen en huilbuien en versterkt het zelfvertrouwen.

Esther Bergsma is expert Hoogsensitiviteit, sociaal-wetenschappelijk onderzoeker, spreker en auteur van Hoogsensitieve kinderen en Het hoogsensitieve brein.Tot later. Zij richtte het online platform Hoogsensitief.NL op voor meer (h)erkenning voor HSP, vol blogs, tips, verhalen en trainingen. Nog meer over hoogsensitiviteit weten? Neem dan een kijkje op dit YouTube kanaal en Instagram-account.



WENDY Zomer special

Zomer op een eiland!


Een special vol eilandliefde en eilandinspiratie.


 

LAAT JE INSPIREREN DOOR ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF