fbpx

Met Tiny en Wendy aan de wandel in Nigtevecht: ‘Mijn moeder houdt van een lekker tempo’

In een bocht van de Vecht ligt een lieflijk dorp, waar Wendy van Dijk en haar gezin het geluk hebben gevonden, maar waar haar buurvrouw ook volop geniet. En laat die buurvrouw nu ook nog eens haar moeder zijn. Tiny ontdekte het wandelen en gaf het vuurtje door aan haar dochter. De route kan twee kanten op: in de ochtend loopt moeder naar rechts, in de namiddag naar links. Het water en de vergezichten zijn overal meer dan feeëriek. En zo langzamerhand kent ze de hele buurt.

‘Zo. Pet op, gympen aan, wil je een kauwgommetje?’ Tiny Tinkhof-Van Dijk (77) heeft er zin in. Ze pakt een nostalgisch pakje Stimorol en met kauwende kaken en een frisse adem benen zij en dochter Wendy naar buiten. Hup, het tempo zit er meteen in. ‘Dat is zo irritant, straks gaat ze steeds sneller lopen en dat kan ik niet eens bijhouden,’ lacht Wendy.
Tiny vertelt dat ze iedere ochtend om kwart voor acht al eropuit gaat. Dan wandelt ze richting het dorp Nigtevecht, de halve Klompweg af. ‘Alleen als het regent, dan ga ik niet. Maar de hele winter heb ik gewoon doorgezet. Ik vind het heerlijk.’ De ochtend doet ze 3.7 kilometer, ’s middags plakt ze er nog even 4.5 kilometer aan vast. ‘Ik maak per dag minstens 15.000 stappen, het is gewoon mijn hobby geworden. Lekker buiten, ik vind het top. Ik ben geen stil-zitter, nooit geweest. Ik moet zuurstof in mijn kop en ik vind het super gezellig.’
Wendy: ‘Op haar vaste route kent ze inmiddels iedereen die hier woont.’
Tiny: ‘Ja, maar dat is toch leuk? Ik praat tegen alle mensen: “Lekker weertje, genieten, fijne dag!” Kijk nou eens naar die wolken, Wen, niet normaal toch hoe mooi? Ik vind het schitterend.’

De jochies

Nigtevecht ligt in een paradijs van kanalen, rivieren, eindeloze groene velden en dat alles onder een hemel waar de wolken jagen.
Wendy: ‘Jij geniet ook echt van de natuur, mam.’
Tiny: ‘Ik heb er nu de tijd voor. Vroeger moest ik veel meer, was ik altijd druk.’
Wendy: ‘Het is zo grappig, laatst vertelde je dat je iedere ochtend een jochie tegenkomt, dat naar school moet en altijd vraagt hoe laat het is. En dan zeg jij: het is al kwart over acht, opschieten!’
Tiny: ‘Ja, dat is ooit zomaar een keer begonnen, toen was ie nog klein. Nu zit hij al in groep 8, dus binnenkort zullen die ontmoetingen wel afgelopen zijn. Er zit ook een klein jochie altijd voor de ramen bij een bepaald huis. Die heeft dankzij mij zwaaien geleerd, iedere morgen groeten we elkaar.’
Wendy: ‘Jij hebt mensen echt léren groeten.’
Tiny: ‘Klopt. Er waren mensen en die zeiden nooit wat. Nou, dan ben ik iemand die stug ‘Goeiemorgen!’ blijft roepen, net zolang tot die ander wat terugzegt. Dat is toch ook gezellig? Door het lopen heb ik velen leren kennen. Ik verzamel, al wandelend, allemaal verhalen.’

Herkennen en verwonderen

Het sociale aspect van het wandelen moeten we niet onderschatten, wil ze maar zeggen, maar het genieten zit ook in alle schoonheid van de flora en fauna die we tegenkomen. De bocht met de bloemen vindt ze prachtig, maar de wei bij de manege waar de veulens galopperen, die aanblik is ook onbetaalbaar. Ze kent de hanen, de honden, als we bij een huisje aankomen en er eentje op ons afkomt, zegt ze: ‘Kijk, daar hebben ze een lint gelegd en dat is de streep, daar mag ie niet overheen. Zie, hij stopt al. Gek dat ie in zijn eentje is, ze zijn altijd met z’n tweeën, o wacht, daar heb je die ander al.’
De kunst van het wandelen is het herkennen. En tevens het verwonderen. Talrijke knotwilgen begeleiden ons en de mooiste bomen buigen beleefd, Tiny vindt het allemaal even mooi, zeker als ze in bloei zijn. Als we naar links kijken, richting het water, is er een ander spektakel. Vogels, eenden, meerkoetjes, ze nemen allemaal een duik. ‘Die gaan een visje pikken.’ In de verte daarachter doemen kerktorens op. ‘Daar ligt Nederhorst den Berg.’
Tiny vertelt het alsof ze een radioreporter is, ze staat geen seconde stil. ‘Nee, daar houd ik niet van, tenzij de lammetjes echt net geboren worden, daar wil ik nog wel eens graag naar staan kijken.’
Alsof de duvel ermee speelt: daar zijn ze toevallig net, de lammetjes. ‘Oooh, ze zijn wel heel schattig hoor,’ geniet Wendy. Tiny wijst naar het water: ‘Kijk en hier komt dus elke ochtend een man in zwembroek en het hele jaar door zwemt ‘ie dan heen en weer.’

Pontje over

Als we een stukje weg passeren met wel heel veel bladeren op de grond, zegt Tiny gevat: ‘Hier mag ook wel eens de bezem doorheen.’ Ze wijst: ‘Kijk, daar kun je met het pontje over naar Nederhorst den Berg.’ Inderdaad, de elektrisch aangedreven kabelveerboot ligt al klaar bij het Adri Ameszpark. Een blik op het schema leert ons dat de pont niet bepaald vaak oversteekt. ‘Maar,’ zo weet Tiny: ‘Als ie gaat, is het druk, hoor.’ Als we door lopen doemt aan de linkerhand Eetcafé de Waterkant op, Dorpsstraat 100. Wendy: ‘Je hebt in het dorp een bakkertje, een supermarkt, een eetcafé en niet te vergeten: de bloemenman, die is geweldig, dat is Arjan uit Amsterdam.’

Even later zien we dat de Supermarkt Centerrr heet. Het is een buitengewoon sympathieke supermarkt, want Centerrr is een jonge organisatie die zich begeeft op het raakvlak van zorg en ondernemerschap. Op de website lezen we dat Centerrr kansen wil bieden aan mensen met een afstand tot de reguliere arbeidsmarkt. “Zij krijgen op maat gesneden leer-/werktrajecten of zinvolle dagbesteding aangeboden in een normale werkomgeving. De dorpsbewoners kunnen voor hun dagelijkse boodschappen gewoon om de hoek terecht. Zo wordt er een win-win situatie gecreëerd.” Wendy: ‘Er was sprake van dat ie weg zou gaan, maar toen hebben wij als buurtgenoten wel even actie gevoerd. Dat kon natuurlijk niet. Gelukkig is ‘ie gebleven.’

Keerpunt

In het dorpje naderen we het punt waarop Tiny altijd omkeert naar huis. Het is aan het eind van de Garstenstraat, dan gaat ze langs de huizen naar rechts en komt ze weer op het pad richting de Klompweg. Wendy: ‘Als je vanaf je huis nou niet naar rechts was gelopen, maar naar links, heb je een pad, dwars door het weiland, dat zo naar Weesp gaat. Dat is ook zo mooi.’
Tiny wijst op een schoolgebouwtje: ‘Daar zat Lizzy vroeger op. De Verbinding.’ Als we de school passeren, komen we in een straatje waarin een jonge man met baard en een wel heel gezond uiterlijk blijmoedig ons groet. Tiny herkent hem meteen: ‘Heb je nog gezwommen vanochtend?’ ‘Uiteraard,’ lacht de jonge man. ‘Ongelooflijk,’ vindt Tiny het.
Lopen moeder en dochter eigenlijk altijd zo samen? Tiny: ‘Hooguit twee keer in de week. Dat begrijp ik ook wel, Wen heeft haar werk.’
Wendy: ‘Jawel, maar dankzij jou heb ik dat wandelen wel echt ontdekt, mam. Jij hebt me nieuwsgierig gemaakt. Omdat je zo enthousiast was, zo blij ervan werd. Dat heeft me echt getriggerd.’
Tiny loopt al weer een paar meter vooruit, ze heeft de pas er nu goed in. Wind tegen? Geen probleem, dan voert ze het tempo doodleuk nog even op. ‘Ik wil wel elke dag iets van een doel bereiken. Niet zomaar wat lopen. Als ik ’s middags wel eens met Binkie op pad ga, is dat toch korter, want die wil na een tijdje wel weer terug. Zodra ze doorheeft dat ik de langere route pak, gaat ze aan de lijn trekken. Dan wil ze de andere kant op, want dat weet ze dondersgoed: dan is het korter.’
Wendy: ‘O ja, dan denkt ze: dat stuk weer, ja, doei!’

De essentie

We willen het weten, wat is het nou, dat wandelen, wat betekent het? Tiny duidt de essentie: ‘Mijn gedachten gaan uit. Daar dwing ik mezelf soms ook wel toe. Want ik ga toch denken: wat moet ik de rest van de dag nog allemaal doen. Dan zeg ik tegen mezelf: ontspannen. Niet denken, lekker genieten.’
Wendy: ‘Heb je nou nooit geen zin?’
Tiny: ‘Nee. Nooit. Omdat ik zo goed weet: als ik ga, vind ik het altijd heerlijk. Het is ook veel vaker mooi weer dan je denkt. Ik kijk wel eens op buienradar en dan zou het moeten regenen, heel vaak is het dan gewoon droog. Weer een meevaller. En dan ’s ochtends vroeg, Wen, dat is hier toch het mooiste moment van de dag? Het licht van de zonsopgang maakt alles dan zo sprookjesachtig…’
Wendy: ‘Knap hoor, mam. Jij kan ook zo goed doorlopen, terwijl mij verveelt de pas soms. Dan moet ik even een huppeltje maken of een intervalletje doen.’
Tiny: ‘Hier woont een vrouw en die komt in de morgen haar krantje uit de postbus halen, dan heeft ze altijd onder haar jas de nachtjapon nog aan, dat zie ik. Altijd even aardig is ze. Laatst vroeg ik: “Ga anders een keer mee, lekker samen wandelen.” Nou, dat vond ze leuk.’
Ze zingt: ‘Een frisse ochtendwandeling
Dat is mijn liefste wens
En als ik dan mijn liedjes zing
Ben ik de rijkste mens’
Wendy kijkt op: ‘Wat zing je nou moeder?’
Tiny lacht: ‘Ik heb geen idee, maar het is een bestaand liedje. Ik zing het iedere ochtend.’
Thuisgekomen is er koffie. En een picolientje van de Albert Heijn in Weesp. ‘Dat is vaste prik. Met een gekookt eitje is dat mijn beloning.’ De buitenlucht zit in blosjes op haar wangen, als ze haar armen blij spreidt en zegt: ‘Hoe fijn is dat?

Doe mee met Wendy’s Wandelmaand!

Houd jij ook van wandelen? Je bent niet de enige! Wendy stelde samen met Leontien van Moorsel een mooi wandelboek samen met 19 Nederlandse top routes door alle provincies. Het wandelboek is vanaf deze week verkrijgbaar bij Kruidvat in samenwerking met Voltaren en bij de Spar. Daarom staat Wendy Online in de maand september in het teken van wandelen. Doe jij ook mee met Wendy’s wandelmaand? We roepen iedereen op om ook lekker te gaan wandelen in deze maand. Elke dag een half uurtje wandelen is al heel gezond. We vinden het leuk om te zien waar jij wandelt! Deel een foto of filmpje van je wandeling op Instagram en tag @wendyonlinenl. Wij delen jouw bijdrage op ons kanaal!

wandeling in de Amsterdamse Jordaan



WENDY Zomer special

Zomer op een eiland!


Een special vol eilandliefde en eilandinspiratie.


 

LAAT JE INSPIREREN DOOR ONZE WEKELIJKSE NIEUWSBRIEF