Van eetbui tot eigen kracht: onze redacteur volgde het bekende DAG ÉÉN programma

Wat gebeurt er als je niet alleen je voeding, beweging en slaap verandert, maar ook je zelfbeeld onder de loep neemt? Als je merkt dat discipline moeilijk is, maar mildheid misschien nog wel moeilijker? Onze redacteur Sissi deed mee aan DAG ÉÉN. Maar wat ze tegenkwam, was vooral… zichzelf. In dit dagboek deelt ze haar rauwe en eerlijke verslag. Over eetbuien, groepsapp-liefde, ‘de duivel op wieltjes’ en waarom een strak buikje niet per se gelukkig maakt, maar blijven staan: dat wel!

Nooit heb ik echt geweten hoe het voelt om vrede te hebben met mijn lichaam. Als jong meisje had ik namelijk overgewicht. En ik weet echt nog precies hoe dat toen voelde: niet welkom in mijn eigen lijf. De spiegel was dan ook geen hulpmiddel, maar een strafbankje.

En eten? Dat was mijn uitlaatklep, maar ook mijn grootste mijn vijand. Altijd was ik bezig in mijn hoofd: wat mocht wel, wat niet? Wanneer had ik gefaald? Waarom kon ik niet gewoon normaal doen? Met talloze pogingen om op een gezond en stabiel gewicht te komen tot gevolg. En ja: die verdomde eetbuien! Zo vaak at ik stiekem de kastjes leeg om vervolgens mijn vinger in mijn keel te stoppen en alles uit te spugen. Jaren heb ik hiermee gestruggeld.

Jaren later viel ik 15 kilo af. En dat hield ik vol! Maar de krampachtigheid rondom eten en sporten, die bleef. Vooral rondom eten. Eten was zelden gewoon eten. Het was een vorm van beloning, troost, controle, paniek en afleiding. En eigenlijk ook alles tegelijk. Als jong vrouw wordt er zóveel druk op je gelegd. Je leert al vroeg dat slank zijn beter is, mooier is, gewilder is. Je vergelijkt jezelf voortdurend met anderen: met vriendinnen, met vrouwen op Instagram, met dat ene onbereikbare beeld in je hoofd.

Toen kwam DAG ÉÉN op mijn pad. Zes weken lang structuur, sport, voeding en confrontatie. Met je lijf. Maar vooral met ook jezelf.

Week 1: Een lijf als een strijdveld

De eerste week van DAG ÉÉN voelde als een soort militaire operatie. Geen “ik zie wel wat ik eet of doe vandaag”, maar een strak voedsel- en sportschema die voor je klaarstaan in de apps. Dat is best even wennen, maar wat fijn is, is dat je niet hoeft na te denken.

Behalve in de supermarkt. De eerste dagen was ik vooral druk met boodschappen doen. Echt alles moest ik opnieuw in grote getalen inkopen: havermout, Griekse yoghurt, diepvriesfruit, kip, courgette, pindakaas, pasta, noem maar op. Ik stond met lijstjes in de supermarkt alsof ik voor een heel elftal moest koken, terwijl het gewoon mijn eigen eetschema was.

Thuis begon het echte werk: wegen. Elk stukje fruit, elke gram kip moest exact kloppen met wat in de app stond. Dat betekende ook: dingen terugleggen. Of erger nog: dingen weggooien. Ik heb serieus een keer 3 gram banaan in de prullenbak gegooid. Gewoon omdat het 20 gram moest zijn, en ik per ongeluk 23 had gesneden.

Dat voelde in het begin bizar. Maar toch… gaf het houvast. Er stond een plan. Ik hoefde niets te bedenken, alleen te doen.

De grootste uitdaging? Niet het wegen. Niet het sporten. Maar het accepteren dat ik die controle blijkbaar nodig had om het vertrouwen op te bouwen. In mijn lichaam. En in mezelf.

Aan het eind van week 1 voelde ik vooral: dit is intens. Maar ook: dit is voor het eerst helder. En werkbaar.

Week 2:  Eten als emotie, niet als energie

Het begon goed. De structuur gaf rust want de basis was helder: doen wat er van je wordt verwacht. Patrick en Babette denken, en jij doet. Je leert precies wat je lichaam nodig heeft.

Maar mijn oude reflexen? Die waren nog niet zomaar weg. Na een lange dag met weinig slaap, veel stress en lage energie voelde ik het alweer aankomen. Die verdomde eetbui.

Ik zat in bed met mijn vriend. Hij had kroketten in de oven gelegd. Ze keken mij enorm aan. Ik kon de verleiding niet weerstaan, en nam een hap. Toen ging het los: dadels met pindakaas en zout (mijn verslaving), eiwitreep, wasabinoten van alles. Niet eens echt omdat ik honger had. Maar vooral omdat ik me leeg voelde. Verdrietig. En een beetje verdwaald.

De dag erna voelde ik me, tja, waardeloos. “Waarom verpest ik dit altijd net als het goed gaat?” Maar ik besloot het op te biechten dus deelde ik het in de groepsapp. Ik vertelde het hele verhaal. En dankzij de fijne woorden van Patrick en Babette lukte het om door te zetten. En wat een goede keuze!

Week 3:  De groepsapp redde me

Ik kan dit niet genoeg benadrukken: de groepsapp was mijn redding.

Die lieve mededeelnemers. Hun begrip. Geen oordeel, maar juist alleen herkenning. En Patrick (coach, oprichter, en soms best streng) die reageerde direct:

“Supergoed dat je biecht en je hart lucht. Maar je straf ontloop je niet. Ik heb vandaag en morgen een ‘craving workout’ in je app gezet. Niet meer doen. Je hebt geen honger. Je hebt uitdaging nodig. Beweging. Zweten.”

En gek genoeg… het werkte enorm. Niet omdat ik gestraft werd. Maar omdat iemand de regie overnam toen ik het zelf even niet kon. Op dit punt was ik kende ik de maaltijden uit mijn hoofd en was het koken ook al een stuk makkelijker. En de producten: die heb je gewoon al in huis!

Week 4: Losse huid of los zelfbeeld?

Naarmate de weken vorderden, begon ik zichtbaar te veranderen. De weegschaal zakte. Mijn vetpercentage daalde. Mensen zeiden: “Wow, je bent echt goed bezig.”

Maar in de spiegel zag ik het eerst anders: mijn buik leek losser. Beweeglijker. En dat maakte me verdrietig. Want ik deed zó mijn best.

“Is dit blijvende schade van vroeger? Is dit huid, vet, iets wat ik nog kan trainen? Of moet ik dit gewoon accepteren?”

Ik gooide de vraag in de groep. Omdat ik écht niet meer wist of ik nog invloed had. Of ik nog mocht hopen. Want ja, soms wil je gewoon weten: is het te laat?

Maar niemand zei: “Je overdrijft.” Iedereen begreep het. En dat was zó belangrijk. Ik besefte dat het voor een groot deel ook gewoon in mijn eigen hoofd zit. En dat de dingen die ik al had bereikt, zes kilo eraf op dit punt, super knap zijn!

Week 5: Het perfecte plaatje dat steeds verschuift

Ik woog 53,5 kilo en voelde me onzeker. Ik zag 14,9% vet op de weegschaal staan… en dacht: “En nóg is het niet goed genoeg.”

En daar schrok ik van bij mezelf.

Ik merkte hoe dat beeld, dat ene perfecte buikplaatje in mijn hoofd, telkens verschoof. Alsof ik altijd nét niet daar was waar ik dacht te willen zijn. En ik vroeg me af: zal ik überhaupt  ooit tevreden zijn?

Maar deze keer gaf ik niet op. Week 4 of 5 is meestal het punt waarop ik breek. Maar nu zei ik: nee. ik ga door.

Week 6: Trots. Tranen. En eiwitreepjes met liefde

Aan het einde stond ik voor de spiegel. Ik keek, en ik dacht:

“Wauw. Ik ben trots.”

Niet omdat mijn buik zo mega strak was. Maar omdat ik was gebleven. Omdat ik was doorgegaan. Omdat ik had gehuild, gebiecht, gezweet en gedeeld, en nog steeds overeind stond.

Ik dacht aan de mededeelnemers in de app. Aan het zinnetje dat ik stuurde:

“Hopelijk zien we elkaar ooit weer en kunnen we dan samen heel veel proteïne en andere gezonde macro’s en micro’s wegwerken.”

En ik meende het. Vanuit m’n hart.

Wat ik meeneem:

-Eten is niet het probleem. Hoe je met mezelf praat, is dat wel.
-Een goede balans tussen eiwitten, vetten en koolhydraten is key.
-Ik mag falen. Ik mag terugvallen. Zolang ik op blijf staan.
-Mijn buik is geen maatstaf voor mijn waarde.
-Schaamte verdwijnt zodra je het deelt.

En bovenal: sporten en aan je lijf werken is superlekker

Ik ben voel me stukje bij beetje die Maserati onder de humans, zoals Patrick zegt. Wat ik me niet voel is miserati, dat zeker.

Ik ben een vrouw met een lijf dat leeft, beweegt, verandert en vecht.

En dat is zóveel meer waard dan perfectie. En mag ik even, dit is toch wel even een prestatie om trots op te zijn:

  • Lengte: 163
  • Gewicht: van 59,6 naar 52,8.
  • Buikomtrek 71,0 naar 65,0
  • Vetpercentage 16,8 naar 11,8

Ik kan DAG ÉÉN oprecht aanraden aan iedereen die niet alleen aan z’n lichaam wil werken, maar vooral aan z’n relatie ermee. Het was voor mij het begin van een heel ander verhaal.

Wat is DAG ÉÉN?

DAG ÉÉN is een zesweekse leefstijlmethode die draait om het structureel verbeteren van je lichaamssamenstelling: meer spiermassa, minder vetmassa. Zonder extreme diëten of  verboden macro’s zoals koolhydraten. Het programma is ontwikkeld door Babette (46) en Patrick Janssen (54), die zelf worstelden met gewichtsschommelingen en het jojo-effect. Hun missie: duurzame verandering, gebaseerd op inzicht, routine en ondersteuning.

De 7 pijlers van DAG ÉÉN:

  1. Calorietekort: op maat berekend via je DAG ÉÉN Metabolic Rate (DMR)
  2. Gezonde voeding: gebaseerd op de Schijf van Vijf en je persoonlijke macroverhoudingen
  3. Intermittent fasting: eten binnen een vast tijdsvenster
  4. Krachtsport:  spieropbouw als vetverbrander e vormgever
  5. Slaap: minimaal 7 uur, als herstelmoment
  6. 10.000 stappen per dag
  7. Cardio: twee tot drie keer per week

Wat maakt het anders?

DAG ÉÉN werkt niet met shakes, crashdiëten of ‘quick fixes’. Je krijgt persoonlijke coaching, toegang tot een exclusieve app met voedingsadvies, weegschaaldata en aangepaste workouts, en contact met een actieve deelnemersgroep via een groepsapp. Het mentale stuk speelt een even grote rol als voeding en beweging.

Meer weten over DAG ÉÉN? Volg deze link.

Meer van deze auteur