Of het nu gaat om het perfecte verjaardagscadeau, een voedselpakket of een kaartje sturen aan iemand die nu eenzaam is: een ander blij maken voelt goed. Test of jij een gever bent.
De Helper’s High wordt dit ook wel genoemd. Als je je namelijk inzet om andere mensen te helpen, komt er endorfine vrij, een stof dat pijn tegengaat en stress reduceert. Het schijnt zelfs dat het helpen van anderen een positief effect heeft op je bloeddruk en gewicht! Mensen die aan liefdadigheid doen, geven aan over het algemeen gelukkiger en gezonder te zijn dan hun medemens. Alle reden om iets goeds te doen voor anderen dus, zeker in deze tijd. In hoeverre ben jij zelf echt onbaatzuchtig? Doe de test.
1. Als ik iemand zie die minder geluk heeft dan ik, dan...
A) voel ik me echt rot.
B) voel ik me niet anders dan anders
C) vind ik dat vervelend, maar ik lig er niet wakker van
2. Als ik te veel heb gekookt, vraag ik aan mijn buren of zij soms wat willen.
A) Ja, dat doe ik regelmatig.
B) Nee, nooit.
C) Dat doe ik soms.
3. Als ik een volle portemonnee vind met adresgegevens van de eigenaar, dan...
A) zorg ik dat de portemonnee terugkomt.
B) zorg ik dat de portemonnee terugkomt, maar het geld houd ik.
C) houd ik alles.
4. Als ik iets voor iemand doe...
A) ga ik ervan uit dat de ander ook ooit iets terug zal doen.
B) voelt dat goed en heb ik geen verwachtingen.
C) is het fijn als ik er iets voor terugkrijg, maar ik zal er niet om vragen.
5. Mensen die op straat bedelen...
A) krijgen van mij nooit iets.
B) krijgen soms iets, maar liever geen geld.
C) krijgen altijd iets, desnoods mijn lunch als ik geen geld bij me heb.
6. Ik zit na een lange werkdag moe in de bus. Dan stapt er een oude dame binnen. Ik...
A) sta meteen op.
B) blijf zitten. Want ik ben moe.
C) vraag of ze wil zitten, maar dring niet aan als ze blijft staan.
7. Als iemand na mij door een deur wil...
A) dan houd ik deze zolang als nodig open.
B) dan houd ik deze alleen open als ze vlak achter me lopen.
C) dan laat ik de deur achter me dichtvallen.
Bereken je score:
- A = 2 | B = 1 | C = 0
2. A = 2 | B = 0 | C = 1
3. A = 2 | B = 2 | C = 0
4. A = 0 | B = 2 | C = 1
5. A = 0 | B = 1 | C = 2
6. A = 2 | B = 0 | C = 1
7. A = 2 | B = 1 | C = 0De uitslag
0 t/m 7:
Je doet alleen iets voor een ander als er iets tegenover staat en bent niet echt een gever. Mensen zijn verantwoordelijk voor hun eigen problemen én voor hun eigen plezier – daarom besteed je liever je tijd aan jezelf.8 t/m 14
Je denkt geregeld aan een ander, maar kent je grenzen. Als het te veel van je vraagt of als je moe bent, geef je niet thuis. Jouw motto is: uit een leeg vat kun je niet tappen.15 t/m 21
Je vrienden zijn vast vol lof over je: jij bent hartstikke onbaatzuchtig en een echte gever. Je vindt het daardoor wel eens moeilijk om zelf om een gunst te vragen, omdat je een ander niet tot last wilt zijn.
Nog meer tests:
TEST: KAN JIJ IEMAND MAKKELIJK VERGEVEN?